You are on page 1of 12

Instituut voor Media en Informatie

Management

I513 Professionele en
Communicatieve
vaardigheden

Loraine Montroos IV2

Tutor: Madeleine Groenland

Docent Mascha Soonius

Donderdag 22 juni 2006


Inhoud

Plan van aanpak.............................................................................3


Doelstelling van het project........................................................3
Waar ga ik zoeken?.....................................................................3
Wanneer ga ik op onderzoek uit?................................................3
Hoe ga ik onderzoeken?..............................................................4
Leerbehoeften................................................................................5
Ontsluiting van gegevens...........................................................5
Verwerking van gegevens...........................................................6
Databasebouw............................................................................6
Communicatieve vaardigheden..................................................7
Netwerken in het vakgebied.....................................................10
Conclusie.................................................................................. ....11
I513 Professionele en Communicatieve vaardigheden 3

Plan van aanpak


Naam: Loraine Montroos
Functie: Studente Multimedia & Informatie Management
Profiel: Informatie Manager
Betreft: Plan van aanpak project ‘Filmlocaties’
Datum: 21-12-2005

Plan van aanpak

Mijn voorlopige plan van aanpak zal u een indruk te geven van
mijn visie op het project. Ik zal hierin beschrijven hoe ik het
zoeken naar de gegevens ga aanpakken. Daarnaast heb ik een
beschrijving gemaakt van de tijdsplanning om helderheid te
verschaffen in mijn werkproces. De locaties van mijn onderzoek
heb ik al gedeeltelijk kunnen bepalen. In deze voorlopige opzet
gaat de grootste aandacht echter uit naar mijn zoekstrategie.

Doelstelling van het project


Het externe doel van het project is om – op basis van een samen
te stellen lijst met titels van alle Nederlandse speelfilms vanaf
1970 – te komen tot een verzameling van locatie gegevens van
alle locaties waar deze films zijn opgenomen.

Waar ga ik zoeken?
Ten eerste zal ik mijzelf gaan oriënteren op het filmvakgebied.
Hierdoor zal ik achter essentiële gegevens komen van de
betrokken branche organisaties en Nederlandse filmverengingen.
Ik denk hierbij aan de Nederlandse Film database, de NBF
(Nederlandse beroepsvereniging van filmmakers) en het
Nederlands Fonds voor de Film. Ook filmencyclopedieën zijn niet
te belangrijke informatiebronnen. Uiteraard wil ik ook de
specifieke filmmaatschappijen benaderen. Mijn zoektocht zal
waarschijnlijk vaak via het Filmmuseum in Amsterdam verlopen.
Daarnaast denk ik door persoonlijke of telefonische gesprekken te
worden verwezen naar de juiste bronnen.

Wanneer ga ik op onderzoek uit?


De stageperiode van de Hogeschool van Amsterdam begint dit
jaar in de eerste week van februari. Vanaf dit moment zal ik actief
op onderzoek overgaan.
I513 Professionele en Communicatieve vaardigheden 4

In de weken hiervoor wil ik mijzelf vooral oriënteren op de


bronnen die ik zal gaan benaderen. Terugkoppeling van informatie
over de organisaties die ik ga benaderen zie ik als een belangrijke
factor tijdens dit project. Het zal u als opdrachtgever namelijk
helderheid verschaffen in mijn aanpak. Ook zullen deze gegevens
waarschijnlijk van belang zijn als naslagwerk bij de verdere
uitwerking van het project. Voor uzelf of andere mensen die na
mijn periode aan het project zullen werken.

Hoe ga ik onderzoeken?
Aan het begin van dit project zou ik graag u als opdrachtgever
willen interviewen. Naast een persoonlijke kennismaking wil ik
met dit interview o.a. te weten komen wat uw specifieke wensen
zijn op het gebied van de beschrijving van de locatiegegevens en
in welke vorm u deze graag gepresenteerd ziet. Ook wil ik middels
dit interview te weten komen wat uw voorkeuren zijn op het
gebied van retrievalsystemen.
In de projectomschrijving gaf u aan de locatiegegevens
gepresenteerd te willen zien in lijstvorm. Ik bied u de mogelijkheid
om de gegevens te archiveren in een toegankelijke database. Dit
retrievalsysteem ontwerp ik aan de hand van mijn verworven
kennis tijdens mijn studie in het database programma Microsoft
Acces.
Voor een correcte database structuur zal ik instellingen benaderen
die Audiovisueel materiaal archiveren. Zo kan ik te rade gaan
welke velden nuttig zijn om op te nemen om de
zoektoegankelijkheid te vergroten. Ik denk hierbij aan instellingen
zoals Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid, Hogeschool voor
de Kunsten ( Audiovisuele faculteit in Hilversum ) en het Instituut
voor Mediakunst.
I513 Professionele en Communicatieve vaardigheden 5

Leerbehoeften
Ontsluiting van gegevens
Tijdens mijn stage heb ik op verschillende manieren te maken
gehad met het ontsluiten van gegevens. In de begin fase van de
stage ben ik mij voornamelijk gaan oriënteren in het vakgebied. Ik
ben gaan zoeken naar de bijbehorende beroeps- en
belangenverenigingen in de filmindustrie. Ik kwam zo aan veel
informatie over verschillende officiële film gildes, assiociaties,
clubs, stichtingen, vakbonden en instituten. Deze informatie vond
ik voornamelijk op het internet door het gebruik van de Google
zoekmachine.
Naaste het oppervlakkige scannen van het internet ben ik gaan
zoeken in de stadsbibliotheek van ’s-Hertogenbosch en
Amsterdam. In de bibliotheek wilde ik mij vooral diepgaand
oriënteren. Ik was hier op zoek naar gegevens over uitgebrachte
filmencyclopedieën, informatie over retrievalsystemen voor
audiovisuele gegevens en theorie over het schrijven van
rapporten. Ook wilde ik weten of er een catalogus was gevormd
waarin alle filmbrancheorganisaties waren gebundeld.
De oppervlakkige oriëntatie op het internet en diepgaande
oriëntatie in de bibliotheek heb ik gedurende 3 weken
gecombineerd.

Na de oriënterende fase die mij meer zekerheid gaf binnen het


vakgebied ben ik daadwerkelijk films gaan analyseren. Tijdens de
I513 Professionele en Communicatieve vaardigheden 6

analyse van het audiovisuele materiaal verzamelde ik een aantal


specifieke gegevens die mij later van pas zouden komen bij het
achterhalen van de locatiegegevens. Daarnaast noteerde ik de
gegevens van de films die later de locatiefunctie in mij database
zouden ondersteunen. In bijlage 1 zijn de gegevens te vinden die
ik per film opnam in mij database.

Verwerking van gegevens


Op een bepaald moment besefte ik dat ik de database moest
gaan bouwen om ook orde te gaan scheppen in mijn eigen
papieren dossier.
Na de analyse van een film wilde ik ook graag zo snel mogelijk de
betreffende contact persoon proberen te bereiken via de mail of
telefonisch. Ik kreeg een snel groeiend adressenbestand van
nuttige contactpersonen.
Naast deze lijst van gegevens van contactpersonen had ik ook de
papieren dossiers van de films die ik had geanalyseerd.
Doordat ik eerst op papier mijn informatie had genoteerd had ik al
een soort model aangemaakt voor de structuur van mijn
database. Ik wist al ongeveer welke velden de database moest
bevatten om mijn schriftelijke werk in te kunnen voeren.
Voordat ik mij database in Acces ben gaan bouwen heb ik ook
eerst een eenvoudige entiteitentabel gemaakt. Deze tabel bood
mij veel steun bij het maken van mij uiteindelijke database.
Het aanbrengen van structuur, koppelingen en relaties in mijn
verzamelde gegevens vond ik een uitdagende opgave. Het was
voor mij niet het leukste onderdeel van mijn stage maar
waarschijnlijk wel het meest leerzame moment.
Ik merkte dat het op een bepaald moment onoverkomelijk was om
ook gegevens digitaal te ordenen in plaats van het slechts op
papier te hebben staan.
Naast het scheppen van orde vond ik het erg lastig om mijzelf te
houden aan één vaste wijze van notatie. Ik merkte bijvoorbeeld
dat ik bij de analyse bij de ene film wel de artdirector noteerde en
bij de andere film niet.

Databasebouw
In het propedeusejaar heb ik voor het eerste met Acces een
relationele database gebouwd. Om tijdens mijn stage toch gebruik
te maken van deze verworven kennis heb ik opdrachtgever Henk
Korevaar aangeboden om ook een Acces database voor hem te
bouwen zodat de locatiegegevens toegankelijk werden gemaakt.
De database is uit 4 verschillende elementen opgebouwd welke ik
vervolgens heb geplaatst op een overzichtelijk schakelbord.
I513 Professionele en Communicatieve vaardigheden 7

Ten eerste is er de overkoepelde database waarin ik alle


filmgegevens heb verwerkt die ik relevant vond voor de
locatiefunctie in de database. Niet alle films die ik heb gezien
kwamen in aanmerking voor locatieanalyse. In de prioriteitenlijst
die Henk mij had toegestuurd zaten veel films waar geen
bijzondere locaties in zaten omdat het script bijvoorbeeld meer
gefocust was op de hoofdpersonage dan op de omgeving. Ook
waren er een aantal films volledig op de set opgenomen, deze
films waren dus ook niet geschikt voor locatieanalyse.
De films die wel in aanmerking kwamen kwamen terecht in het
onderdeel ‘Scene selectie per film’. In dit element van de
database staat er per film een beschrijving van de locatie van de
film en een tijdcode van de scène.
In de database heb ik ook een apart formulier op het schakelbord
gemaakt waar de contacten die ik tijdens mijn stage heb
opgedaan kunnen worden toegevoegd en bewerkt.
Tot slot is er een toevoeg- en bewerkfunctie van een verzameling
relevante websites die ik gaandeweg de stage heb verzameld.
Acces is niet echt geschikt als retrievalsysteem, maar het is wel
een zeer toegankelijke database.
Tijdens de eerste kennismaking met Henk had ik een interview
afgenomen. In dit interview had ik hem naar zijn wensen en
behoeften wat betreft de structuur van de database gevraagd. Hij
gaf aan geen specifieke voorkeur te hebben. Wel wilde hij graag
dat het accent in mijn database lag op de overdraagbaarheid van
de gegevens.
Om aan deze wens te voldoen heb ik al mijn bronnen toegevoegd
aan een apart formulier in de database. Hierdoor weet Henk en
mijn eventuele opvolger wat mijn zoekstrategie is geweest.

Communicatieve vaardigheden

Tijdens de instructiecolleges van I513 heb ik een mondelinge


presentatie gehouden onder begeleiding van Powerpoint sheets.
Tijdens mijn presentatie wilde ik aan mijn publiek duidelijk maken
waar het in mijn stage inhoudelijk om ging. Ik wilde ook
overbrengen wat mijn taken waren binnen de stageopdracht en
hoe ik dat het beste dacht vorm te geven. Ik heb in mijn
presentatie mijn keuze voor deze stageopdracht en bijbehorende
competenties gemotiveerd. Tot slot heb ik de voor en nadelen van
mijn stage besproken.
I513 Professionele en Communicatieve vaardigheden 8

Vooral de colleges over lichaamshouding en non-verbale


communicatie hebben mij ondersteuning tijdens het presenteren
geboden. Ik vond het opmerkelijk te zien dat enkel een
verandering van armpositie (de actieve houding) er voor kan
zorgen dat je overtuigender kan overkomen. Tijdens mijn
presentatie voelde ik mij redelijk op mijn gemak. Ik bracht volgens
mijn klasgenoten een ontspannen indruk over. Ik praatte duidelijk,
rustig en mijn woordkeuze was goed. Naast de lovende kritieken
waren er ook verbeterpunten voor mijn presentatietechniek. Ik
moet waken een niet te ontspannen indruk te wekken. De
presentatie mag in het vervolg dynamischer. Wellicht kan de
variatie in de klank van mijn stem hier een bijdrage aan leveren.

Het oefenen van interviewtechnieken vond ik vooral leuk om te


ervaren. Het was voor mij echter moeilijk om serieus op het
rollenspel in te gaan. De sfeer in de klas was tijdens deze lessen
te ontspannen om serieus in je rol te geraken.
Als ik op ‘professioneel’ gebied iemand ontmoet vind ik het altijd
leuk om een gesprek te voeren in interview vorm. Mijn
interviewtechniek is te beschrijven als los, kritisch en
humoristisch.
Ik merkte aan de personen die ik tijdens mijn stage heb
geïnterviewd dat ze in het begin van de gesprek wat terughouden
en ongemakkelijk waren. Waarschijnlijk omdat een interview dit
gevoel vaak oproept. Het is toch een soort van ondervraging.
Mensen raken echter verrast als ik ze vragen stel waar ze niet op
hadden gerekend. Daarna breekt het ijs ook nog door een paar
grapjes tussendoor, en vervolgens vertellen ze enthousiast over
het specifieke gespreksonderwerp.
Omdat ik tijdens gesprekken altijd erg veel let op de lichaamstaal
van de persoon waar ik tegen praat, werd ik wel eens afgeleidt
van het gesprek. Alleen al het kijken op een horloge, wegkijken of
zuchten vormt voor mij al een aanleiding nerveus te worden
omdat ik het gevoel dan heb dat de persoon verveeld raakt door
mijn vragen. Deze eigenschap van mij vormt voor mijzelf wel eens
een belemmering.
Ik vond het lastig om de interviews op een professionele manier af
te ronden. Omdat gaandeweg de gesprekken zo soepel liepen had
ik niet het gevoel nog een interview te lijden. Ik vond het dan
vaak wat abrupt om af te sluiten met het formele: ‘Dit was mijn
laatste vraag, dank u voor het gesprek’.

Tijdens mijn stage heb ik alleen met Henk moeten vergaderen.


Het is jammer dat ik tijdens mijn stage niet aan mijn
vergadertechniek heb kunnen werken. Ik denk echter dat ik
I513 Professionele en Communicatieve vaardigheden 9

gedurende dit jaar genoeg vergader oefen heb opgedaan tijdens


de vergaderingen van de Opleidingscommissie.
De vergaderingen met Henk verliepen redelijk. Ik vond het alleen
jammer dat ik altijd met vragen en opmerking diende te komen.
Het was nooit zo dat Henk ook echte punten voor de vergadering
had. Misschien is dit wel de gang van zaken als je werkt voor een
particuliere opdrachtgever. Ik heb het wel zo ervaren dat het
initiatief altijd bij mij lag tijdens de vergaderingen en dat vond ik
wel jammer.
Tijdens de wekelijkse ontmoetingen met Henk wees hij mij een
keer terecht op het feit dat ik met meer fysiek materiaal moest
tonen wat mijn vorderingen binnen het project waren. Ik ging er
van uit dat hij wel wist waar ik mee bezig was. Ik merkte dat ik
beter moest communiceren met Henk. Ik moest vaker vragen of ik
nog wel voldeed aan de wensen die hij had. Ik vond het lastig te
beslissen wat ik nu wel en niet zou gaan vertellen tegen Henk.
Kleine dingen zoals de berichtgeving tijdens de vooruitgang bij
het vinden van de juiste contact personen had ik regelmatiger
met Henk uit kunnen wisselen. Waarschijnlijk was Henk dan ook
meer actief betrokken bij het project geweest.

Tijdens de lessen van deze module heb ik ook een zogenaamd


slecht nieuwsgesprek gevoerd met een medestudent. Deze
oefening kwam erg van pas tijdens mijn stage periode. Op een
bepaald moment had ik wat onvreden over de voortgang van mijn
stage en de samenwerking tussen mij en mijn opdrachtgever. Ik
had niet meer het gevoel dat Henk echt betrokken was bij het
project. Ook had ik het idee dat de hoofdredacteur van de Tros
TvCompas niet echt op zoek was naar locatiegegevens van films.
Ik stuurde vervolgens een mail naar de hoofdredacteur van de
Tros Compas om te vragen of hij al vorderde met het vinden van
locatiegegevens. Hierop vertelde hij mij dat hij op dat moment
helemaal geen behoefte had aan gegevens over Nederlandse
filmlocaties, omdat hij daar geen artikelen meer over zou
publiceren de komende tijd. Deze berichtgeving was voor mij een
behoorlijke domper op het geheel. Henk had mij namelijk aan het
begin van mijn stage verteld dat we met zijn tweeen werkten aan
content voor een artikel dat Tros Compas zou publiceren over
Nederlandse filmlocaties. Dit was echter dus niet zo.
Dit was voor mij dus slecht nieuws. Vervolgens had ik mijn
onvrede hierover laten blijken in de aankomende vergadering. Ik
was van te voren best nerveus omdat ik niet goed wist hoe ik het
moest brengen. Ik wilde Henk zeker mijn onvrede laten blijken,
maar het moest niet verwijtend overkomen.
I513 Professionele en Communicatieve vaardigheden 10

Netwerken in het vakgebied

Enkele maanden geleden huurde ik een boek in de bibliotheek dat


over de bedrijfcultuur in commerciele en
cultureel/maatschappelijke organisaties ging. Al geruime tijd wilde
ik graag weten welke verschillen en overeenkomsten er schriftelijk
waren vastgelegd omtrent de bedrijfscultuur binnen commerciele
en culturele bedrijven.
Mijn stage wilde ik onder andere gebruiken om deze bevindingen
waarover ik had gelezen in het echt te ondervinden. Een van mijn
bevindingen tijdens een interview met iemand uit de fillmbranche
(Bente Wiegman,locatiescout) was dat de grens tussen een
commerciel of cultureel bedrijf niet zo duidelijk was te trekken.
Om als instelling te kunnen overleven in een voornamelijk
commerciel klimaat dien je wel een commerciele instelling te
handhaven, dat had ik zelf al wel geconcludeerd. Ik had echter
niet verwacht dat culturele bedrijven overspoeld worden door
mensen uit de commerciele commerciele organisaties. Ik had juist
verwacht dat binnen cultureel/maatschappelijk georienteerde
organisaties de verhouding vrij homogeen zou zijn. Door de
toestroom van commercieel ingestelde mensen verandert de
bedrijfcultuur binnen deze culturele organisaties wel.
Doormiddel van deze persoonlijke interviews wilde ik mijzelf
introduceren in het vakgebied. Bij netwerken is de eerste indruk
die mensen van je krijgen erg belangrijk.
Maar nog belangrijker is denk ik het onderhouden van de
contacten. Hier ligt voor mij dan ook echt de nadruk op.
Persoonlijk ben ik best lax in het onderhouden van vage
contacten. Vanuit mijn stage gezien hoop ik echter het contact te
kunnen onderhouden met opdrachtgever Henk Korevaar en
locatiescout Bente Wiegman. Bij Henk Korevaar heb ik er namelijk
belang bij het contact te onderhouden omdat hij een breed
netwerk heeft waarop ik misschien beroep op zou kunnen doen.
Ook hoop ik hem in de toekomst te kunnen benaderen als
referentie persoon voor bijvoorbeeld de sollicitatie van mijn stage
die ik volgend jaar ga lopen.
Bente Wiegman heeft mij voorzien van de contactgegevens van
Rens Broekhuis welke documentairemaker is. Ook heb ik van
Bente de contactgegevens van Mas van de Putten gekregen welke
programmamaakster en eindredacteur bij de Vara is. Een van
deze twee contacten hoop ik deze zomer te kunnen benaderen
voor een research opdracht. Mocht dit succesvol uitpakken dan
zal ik Bente Wiegman hiervan op de hoogte brengen en haar
nogmaals danken voor de onbaatzuchtige investering.
I513 Professionele en Communicatieve vaardigheden 11

Conclusie
Tijdens mijn stage had ik meer willen werken aan de eerste
competentie van Informatie management. Het herkennen van
trends en maatschappelijke ontwikkelingen in relatie tot het
vakgebied. Ik denk namelijk dat ik hierdoor meer de dynamiek
van het vakgebied ga zien.
De gebruikte methoden in deze lessen vond ik goed passen bij de
gebeurtenissen die plaatsvonden tijdens de stage. Ik zal tijdens
mijn stage van een half jaar die ik aankomend jaar zal gaan lopen
zeker nog eens een beroep doen op deze lesstof.
I513 Professionele en Communicatieve vaardigheden 12

You might also like