You are on page 1of 5

WAAROM IS ER ZOVEEL VERSCHIL IN BIJBELMANUSCRIPTEN?

WAAROM IS ER ZOVEEL VERSCHIL


IN BIJBELMANUSCRIPTEN?
Een woord vooraf

Een lezeres van het Vlaamse evangelisatieblad Kruisbanier had ooit vragen bij onze
opmerkingen over de verschillen in Bijbelmanuscripten. Dat ging dan over bepaalde cijfers
die anders waren. Haar vragen waren drieërlei: “Mogen we ervan uitgaan dat we de Bijbel
in alles mogen vertrouwen? Als er zoveel verschil is, blijft dat boek nog het woord van
God? Geloof je zelf nog wel in de Bijbel?” Drie vragen die in één of andere vorm ook bij
anderen wellicht achtergebleven zijn bij nog andere lezers. Daarom ook ons antwoord! Dit
is een bewerkte vorm van wat ooit is gepubliceerd.

Guido Biebaut, 2011 Alle rechten voorbehouden

********

Het P66 manuscript met de opening van Johannes 1:1

IK GELOOF
WAAROM IS ER ZOVEEL VERSCHIL IN BIJBELMANUSCRIPTEN? 2
In wat we het “Credo” noemen, de twaalf artikelen van ons geloof, is er géén sprake van een
geloof in de Bijbel. Dat “Credo” wil ons wijzen op de belangrijkheid van wat de Vader, de Zoon en
de Heilige Geest betekenen voor een christen. Dat er daar een openbaring aan voorafgaat,
spreekt voor zichzelf. Daar moet die belijdenis niet verder op ingaan. De Bijbel zelf zegt ons
duidelijk hoe we dat boek moeten beoordelen volgens 2 Tim.3:16: “Elk van God ingegeven
schriftwoord is ook nuttig om te onderrichten, te weerleggen, te verbeteren en op te voeden in de
gerechtigheid.” Dat Woord leert ons niet slechts God kennen, maar leert ons ook Bijbelse
beginselen aan. Maar ook een waarschuwing klinkt er: niet naar andere zaken in “vertrouwen” te
gaan. Wat de Schrift zegt is voor de gelovige bedoeld als persoonlijke belering. Bij het begrip
“beleren” zegt van Dale: “bemoeizuchtig vanuit een machtspositie.” Wellicht ligt daar het
probleem van velen, eigen macht afstaan en zich schikken onder iemand anders. Daar mag
niemand een probleem van maken: hebben we onze kennis van de taal, rekenen of noem maar
op, soms niet geleerd van iemand die het beter wist dan wijzelf?

Kerkelijk gesproken heeft de Kerk meerdere malen een onbeperkt vertrouwen geformuleerd in de
Bijbel. In de Nederlanden van de 16de eeuw schreef de Vlaming Guido de Brès in het Latijn een
protestantse belijdenis: de Confessio Belgica, later bekend geworden als de Belgische
Geloofsbelijdenis of de Nederlandse geloofsbelijdenis. Dat was in 1561 opgesteld.

Het ‘artikel 5’ heeft de titel meegekregen ‘Het gezag van de Heilige Schrift.’ We citeren er de
eerste pararaaf uit: “Wij ontvangen al deze boeken, en deze alleen, als heilig en canoniek, om
ons geloof daarnaar te richten, daarop te gronden en daarmee te bevestigen. En zonder in enig
opzicht te twijfelen geloven wij alles wat zij bevatten.”

VERSCHIL IN DE AFSCHRIJVING

Maar dat wil niet zeggen dat er geen Bijbelmanuscripten zijn die onderling anders klinken. Waar
dat vandaan komt is niet zo moeilijk uit te leggen. Bij dit artikel behoren twee illustraties. De ene
is een rol van een Bijbelgedeelte voor het gebruik in de synagoge. Woorden Gods geschreven
met de hand.

Elk manuscript met de hand geschreven is onderhevig aan foutieve overschrijving. Men heeft een
geschreven document voor zich dat met de hand moet overgeschreven worden. Is het origineel
niet zo best geschreven, je kunt fouten maken tijdens het lezen. Hetzelfde wanneer je ogen niet
al te best meer zijn of je vermoeid geraakt tijdens het werk. Allemaal factoren die mee spelen bij
een goede of slechte tekst. Doe maar een zelfs de proef op de som en schrijf eens een bladzijde
WAAROM IS ER ZOVEEL VERSCHIL IN BIJBELMANUSCRIPTEN? 3
over van een brief die ook manueel is geschreven. Fouten stapelen zich gemakkelijk op.
Wanneer een derde persoon het tweede handmanuscript overschrijft komen er nieuwe fouten in
dat document. De Masoretische Hebreeuwse handschriften zijn zondermeer de belangrijkste
documenten die we hebben voor het Oud Testament. De naam Masoreten is deze van de
overschrijvers van Hebreeuwse geschriften vanaf de zesde eeuw na Christus. Ze hadden zeer
strenge regels wat betreft het overschrijven en toch zijn er ook daar nog foutjes. In de Russische
Nationale bibliotheek van Sint Petersburg ligt zo een Masoretisch handschrift: de Codex
Leningradensis uit 1008.

Hier boven, een bladzijde uit de Codex Leningradensis.


U merkt aan de zijkant van de tekst (links, want Hebreeuws leest men van rechts naar links) nog
enkele verbeteringen. Fouten werden aangepast indien ze later werden ontdekt. Teveel fouten op
één bladzijde was, onherroepelijk het gedeelte er tussenuit knippen voor vernietiging.

HET NIEUWE TESTAMENT, ook overschrijffoutjes

Hieronder hebben we een kopie overgenomen uit een internetartikel over Bijbelmanuscripten van
het NT. De tekst is een gedeelte van Paulus in 1 Cor.15:54, in de Griekse taal volgens twee
manuscripten. Er is slechts één letter verschil als u goed oplet, dat is een letter “e” waar de
onderstreping staat. Maar over dergelijke zaken moeten we ons niet ongerust maken. Hierdoor is
de waarde van zowel het Oud Testament als Nieuwe Testament in geen enkel opzicht schade
toegebracht. Het gaat namelijk meestal om één of twee manuscripten waar zo een fout is
ingeslopen. Maar gezien er honderden andere zijn waar het volgens de eerste versie staat is de
tweede een fout in de afschrijving.

Volgens de verkeerde manuscripten zou die tekst dus lezen: “De dood is verzwolgen in
moeilijkheid.” Zo iets slaat nergens op. Dit zijn twee goede vertalingen van 1 Cor.15:54 e NBG
zegt: “De dood is verzwolgen in de overwinning.” De Willibrord van 1995: “De dood is verslonden,
de overwinning is behaald!”
WAAROM IS ER ZOVEEL VERSCHIL IN BIJBELMANUSCRIPTEN? 4

Een andere soort fouten die soms kunnen binnensluipen in een nieuw handschrift, is dat men iets
weglaat of er wat aan toevoegt. We geven een voorbeeld van elk. In het Grieks van de Bijbel is
het mogelijk om over Jezus te spreken als “de Jezus” dus met het lidwoord. In het Nederlands is
dat van geen belang want we vertalen dit toch niet. Maar in het vergelijk van manuscripten zijn
tientallen voorbeelden voorhanden dat er eens waar Jezus moet staan er in werkelijkheid “de
Jezus” staat. En ook het omgekeerde zijn er genoeg voorbeelden voorhanden. Dat is fout maar
dat tast in geen enkele zin de waarde van het NT aan. Hetzelfde heeft men ook waar in het
origineel Jezus staat en er iemand heeft er van gemaakt “Jezus Christus.” Al die zaken zijn
onbelangrijk voor ons geloofsleven.

NOG EENS DE MASORETEN

De Masoreten (dat komt van het Hebreeuws "masorah", wat "overlevering" betekent) waren
Joodse leraars, die niets anders deden, dan het Oude Testament over schrijven. Ze gingen er
ook toe over, bepaalde zaken aan te passen aan hun regels. Een voorbeeld daarvan is Daniël
9:24-27. Men doet er alles aan om die tekst toch niet te laten slaan op Jezus, de Christus. Ze
zochten in de hun bekende manuscripten naar de verschillende varianten van de tekst. De
belangrijkste Joodse Bijbelcommentator, Rasji, (12de eeuw) was het niet altijd eens met de
interpretatie van de Masoreten en geeft soms eens kritiek op hun lezing van een bepaalde tekst.
Omdat die boeken met de hand waren geschreven ontstonden er, ondanks de grote
zorgvuldigheid van de schrijvers soms fouten. Zowel kleine als grote. De aantekeningen van deze
afschrijvers werden verzameld, nogmaals kritisch bekeken en tenslotte werd de correcte spelling
vastgesteld. Het zijn ook de Masoreten die in de Hebreeuws Bijbel klinkertekens hebben
aangebracht. Dit is een voorbeeld van varianten op de godsnaam.

Zo staat het in de: Zo staat het in de: In dit


DODE ZEEROL VAN MASORETISCHE TEKST TEKSTGEDEELTE
JESAJA

Adonaï YaHWeH Jesaja 3:17 / 38:14


YaHWeH Adonaï Jesaja 6:11 / 7:14 /
9:7 / 21:16 / 28:2
Elohim YaHWeH Jesaja 40:7 / 42:5 /
50:5
YaHWeH Adonaï YaHWeH Jesaja 26:22 / 49:22 /
52:4 / 61:1
YaHWeH Elohim Adonaï YaHWeH Jesaja 61:11
Yahweh Elohim Elohim Jesaja 25:9

JA, GODS WOORD IS BETROUWBAAR


WAAROM IS ER ZOVEEL VERSCHIL IN BIJBELMANUSCRIPTEN? 5

Tot het einde van de 18de eeuw was er ook bijna geen enkel theoloog die dat betwiste. Ondanks
alle aanvallen die tegen de Schrift gedaan worden moet ik voor mij persoonlijk zeggen: dat blijft
voor mij het Woord van God. En alle gelovigen zouden hetzelfde moeten doen.

Een ander aspect is het profetische woord dat de Bijbel tot een woord van God maakt, niemand
behalve God kent namelijk de toekomst. “Dit moet gij vooral weten, dat geen profetie der Schrift
een eigenmachtige uitlegging toelaat.” (2 Pet.1:20, vergelijk Joh.14:29)

Nog een tabel in verband met de Godsnaam.


U weet dat we hier enkele zaken hebben over dat onderwerp. Daarover ook nog dit.
De joodse afschrijvers (Schriftgeleerden of soferim) hebben op 134 plaatsen hebben de
oorspronkelijke Hebreeuwse tekst gewijzigd door de godsnaam YHWH in ’Adho·nai′ te
veranderen. We vertalen wat uit een standaardwerk Gins.Mas, Deel IV, blz.28, §115: “Wij hebben
gezien dat in veel van deze honderd vierendertig gevallen waar in de huidige algemeen
aanvaarde tekst in overeenstemming met deze masora Adonaī staat, enkele van de beste HSS.
en vroege uitgaven het Tetragrammaton gebruiken. Daarom rijst de vraag: Hoe zijn deze
veranderingen ontstaan? De verklaring is niet ver te zoeken. Sinds onheuglijke tijden bepaalden
de joodse canons dat de onuitspreekbare naam als Adonaī uitgesproken moet worden, alsof er
‫’[ אדני‬Adho·nai′] in plaats van ‫‘[ יהוה‬YHWH’] geschreven stond. Het was dan ook volkomen
vanzelfsprekend dat de afschrijvers er de uitdrukking voor in de plaats zetten die de uitspraak
aangaf voor het Tetragrammaton, dat zij niet mochten uitspreken.”

We voelen dat deze uitspraak lichtjes gekleurd is. De officiële lijst van deze 134 plaatsen waar de
Masoreten ‘YHWH’ in ‘Adonai’ wijzigden geven we u echter mee en staat in: §§ 107-15,
Ginsburg’s edition.

Genesis 18:3,27,30,32; 19:18; 20:4 / Exodus 4:10,13; 5:22; 15:17; 34:9,9 / Numeri 14:17 / Jozua
7:8 / Richteren 6:15; 13:8 / 1 Koningen 3:10,15; 22:6 / 2 Koningen 7:6; 19:23 / Jesaja 3:17,18;
4:4; 6:1,8,11; 7:14,20; 8:7; 9:8,17; 10:12; 11:11; 21:6,8,16; 28:2; 29:13; 30:20; 37:24; 38:14,16;
49:14 / Ezechiël 18:25,29; 21:13; 33:17,29 / Amos 5:16; 7:7,8; 9:1 / Zacharia 9:4 / Micha 1:2 /
Maleachi 1:12,14 / Psalm 2:4; 16:2; 22:19,30; 30:8; 35:3,17,22; 37:12; 38:9,15,22; 39:7; 40:17;
44:23; 51:15; 54:4; 55:9; 57:9; 59:11; 62:12; 66:18; 68:11,17,19,22,26,32; 73:20; 77:2,7; 78:65;
79:12; 86:3,4,5,8,9,12,15; 89:49,50; 90:1,17; 110:5; 130:2,3,6 / Daniël 1:2; 9:3,4,7,9,15,16,
17,19,19,19 / Klaagliederen 1:14,15,15; 2:1,2,5,7,18,19,20; 3:31,36,37,58 / Ezra 10:3 / Nehemia
1:11; 4:14 / Job 28:28 /

Mogelijks ook nog 2 Samuel 5:19-25; 6:9-17 Zie de Companion Bible van Bullinger.

You might also like