De laatste dagen 1

De laatste dagen, enkele aantekeningen

Hier boven: David Roberts, (1796–1864), De val en vernietiging van Jeruzalem door de
Romeinen onder het commando van Titus in het jaar 70 n.C., geschilderd in 1850 (originele titel:
The Siege and Destruction of Jerusalem by the Romans Under the Command of Titus, A.D. 70)
Bron http://www.preteristarchive.com/ARTchive/1850_roberts_destruction-jerusalem.html
Dit waren de “laatste dagen” van het Jeruzalem zo mooi herbouwd door Herodes de Grote en de
nieuwe tempel die een pracht was voor het oog. Lukas 21:24 HSV: “En zij zullen vallen door de
scherpte van het zwaard en in gevangenschap weggevoerd worden onder alle heidenen. En
Jeruzalem zal door de heidenen vertrapt worden, totdat de tijden van de heidenen vervuld zullen
zijn.”

Leest u ook regelmatig literatuur van en over de leer van de bedelingen, beter gekend als de
leer van het “dispensationalisme”? Dit zijn meestal 7 fasen (of zelfs negen volgens enkelen)
waarin God op verschillende manieren met Zijn schepselen omgaat. Verschillende manieren om
Zijn plannen en doel ten uitvoer te brengen. Dit is één van mijn kritische aantekeningen erbij. Het
zullen er rond de zes of zeven worden, naargelang hoe het verder verloopt. Bedenk wel, we
hebben geen enkel probleem met de scheiding Oud en Nieuw Verbond (Testament). Of dat er nog
een verbond was met Adam en Eva of met Noah. Daar gaat het dus niet om, u zal wel merken
waarover wel!

Guido Biebaut 08/04/2018 Alle rechten voorbehouden

 De laatste dagen 2

Dag X, (naam weggelaten)

Nog een tweede reactie op je brief van 6 februarie.

Je zegt: “In mijn vorige e-mail verwees ik naar Lukas waarin onze Heer Yeshua zegt: 'Jeruzalem
zal vertrapt worden TOTDAT de volheid der heidenen is ingegaan'. TOTDAT is tegelijk een
keerpunt. De volheid der heidenen is dan ook mijnerzijds een feit. Men hoeft slechts te letten op
de leeglopende kerken in het Westen, de afwijzing van de Judeo-Christelijke grondslag van onze
samenleving om hier een grote afval te kunnen constateren in tegenstelling tot Afrika die niet
door het proces van de Christianisering was heengegaan.” (nadien heb je dit nog tweemaal
herhaald in andere bewoordingen.)

Dit is de tekst Lukas 21:24 HSV: “En zij zullen vallen door de scherpte van het zwaard en in
gevangenschap weggevoerd worden onder alle heidenen. En Jeruzalem zal door de heidenen
vertrapt worden, totdat de tijden van de heidenen vervuld zullen zijn.”
De paralleltekst die ze erbij halen is deze van Rom.11:25: “Want ik wil niet, broeders, dat u geen
weet hebt van dit geheimenis (opdat u niet wijs zou zijn in eigen oog), dat er voor een deel
verharding over Israël is gekomen, totdat de volheid van de heidenen is binnengegaan.” Het enige
woord dat hier gemeeschappelijk is “heidenen” maar verdere wijst het niet op eenzelfde periode
naar oneze overtuiging. Zijn we daar verkeerd in: laat ons dat eens nazien!

Nu vooraf nog naar de Naardense Bijbel Lukas 21, die ons twee belangrijke parallelteksten
opgeeft uit het Oude Testament.

“20 Maar wanneer ge Jeruzalem omringd zult zien door legers, onderkent dán dat haar
verwoesting is genaderd.
21 Laten dán wie in Judea zijn vluchten naar de bergen; laten wie in haar midden zijn de wijk
nemen naar buiten en wie in de uitwijkgebieden zijn niet in haar binnenkomen,-
22 omdat dát de ‘dagen van de wrake’ zijn (Deut. 32,35; Hos. 9,7) waarin vervuld wordt alles wat
geschreven is.
23 Wee haar die het in de schoot hebben en haar die zogen in die dagen!- want er zal grote nood
zijn over het land en toorn voor deze gemeenschap.
24 Ze zullen vallen door de mond van het zwaard en gevangelijk worden afgevoerd naar alle
volkeren; Jeruzalem zal worden vertreden door volkeren totdat ‘momenten van volkeren’ zijn
vervuld.
25 zullen tekenen zijn door zon, maan en sterren,- over het land een gedrang van volkeren, in
radeloosheid om ‘geschal van zee en golfslag’ (Ps. 65,8),
26 terwijl mensen ontzield raken van vrees en vermoeden van wat komen gaat over de
bewoonde (wereld), want de krachten der hemelen zullen wankelen.
27 En dán zullen ze zien ‘de mensenzoon komend in een wolk’ (Dan. 7,13) met kracht en grote
glorie.”
 De laatste dagen 3

Ik weet niet wat je erover leert. Als het vers 24 volgens jou gaat over het begin van “de tijden
van de joden” van Israël dus in 1948, dan zijn er zaken die ik niet begrijp. Het moorden, het
vluchten dat in de context staat moet er dan ook op betrekking hebben. Dat is dan “omdat dát de
‘dagen van de wrake’ zijn (Deut. 32,35; Hos. 9,7) waarin vervuld wordt alles wat geschreven is.”
Moet jij dan niet eerder leren dat wanneer ze naar Jeruzalem terug keren ze door Gods wraak
gestraft worden. Dat is de enige logica van de context. Maar dat is het waarschijnlijk niet voor jou
en ook niet voor mij. Ik kan dat wel ergens anders plaatsen. Want het beschrijft hier, volgens mij,
de zaken die te maken hebben met de val van de stad en tempel in het jaar 70 na Christus. Maar
als je me daarin volgt dan is/zou die tijd der heidenen, toen opgehouden zijn. Wat niet waar is! Er
zijn toch nog genoeg heidenen tot “bekering gekomen” nadien tot op vandaag. En daarom heeft
de link van de HSV naar Romeinen 11:25 daarop geen betrekking. Het is geschiedkundig niet zo
dat na 1948 en zelfs nadat de Joden de ganse stad hebben veroverd. Er zijn nog steeds de 4
kwatieren. Ik herinner me nog, zeker 10/12 jaar geleden, dat iemand van de orthodoxe wijk wat
grond had verkocht en hij kreeg sofort ontslag. Dus de heidenen zijn nog steeds “hun eigen baas”
over enkele stukken van het wijk-gedeelte “Jerusalem.“

Citeer je uit de https://nl.wikipedia.org/wiki/Jeruzalem

“21e eeuw
Aan het einde van het jaar 2000 woonden er in de zwaarbewaakte Oude Stad meer dan 30.000
inwoners:

 De Islamitische wijk telde 25000 Palestijnen, een groot deel afkomstig uit Hebron.
 De Christelijke wijk telde 500 christenen, merendeels Grieks-orthodox; het gros van de
kerken en kloosters is katholiek.
 De Armeense wijk telde 2000 orthodoxe christenen uit Armenië. Armeniërs trokken al
vanaf de vierde eeuw naar Jeruzalem.
 De Joodse wijk telde 3500 joden, merendeels streng orthodox die zich er sinds de renovatie
van die wijk in 1968 hadden gevestigd. Gedurende de jaren ervoor waren echter ook enkele
tientallen joden in de Islamitische wijk gaan wonen.”

Ik ga je eens trachten wat uit te leggen over die “laatste dagen.” Dat geeft een ander beeld van
de zaak en hoe Lucas 21:24 te verklaren. We willen iets citeren van deze site en het artikel:
http://www.apologetique.org/nl/artikelen/religie/Christ_theologie/dogmatiek/eschatologie/GN_
reason_support_fundy_Israel.htm

Tjerk Muller heeft Gary North vertaald en de titel is: De onvermelde reden achter de steun voor
de staat Israël door het Amerikaanse fundamentalisme. En daarna een citaat van de mensen van
de Wachttoren lichtjes anders maar met eenzelfde teneur: we leven in de tijd van het einde, voor
een Jehovah’s Getuige vanaf 1914, voor een dispensationalist vanaf 1948. Nadat de holocaust
joden aan het denken bracht: we moeten een land hebben voor onze eigen veiligheid. Daar is
niets verkeerds aan, alleen is deze zaak problematisch geworden, de dispensationalisten zijn er
 De laatste dagen 4

profetie gaan oplakken, en het ganse gebeuren kreeg een goddelijk karakter. Dus eerst Gary North
en daarop een citaat van de Wachttoren.

“Het Grimmige lot van Israël

De bron van het idee van de Grote Verdrukking wordt gevonden in Jezus’ laatste woorden
aangaande Israël, die genoteerd zijn in Mattheüs 24 en Lukas 21.

Maar wanneer u ziet dat Jeruzalem door legers omsingeld wordt, weet dan, dat haar
verwoesting nabij gekomen is. Laten dan degenen die in Judea zijn vluchten naar de bergen;
en laten degenen die in het midden [van de stad] zijn eruit trekken. En laten degenen die op
het veld zijn niet in [de stad] komen. Want dit zijn de dagen van wrake opdat alles vervuld
worde, dat geschreven is. Maar wee de bevruchte en de zogende vrouwen in die dagen, want
er zal grote nood zijn in het land, en toorn over het volk. En zij zullen vallen door de scherpte
van het zwaard, en als gevangenen weggevoerd worden naar alle volken. En Jeruzalem zal
door de heidenen vertrapt worden, totdat de tijden van de heidenen vervuld zijn. (Luk. 21:20-
24)

Door het meeste van de kerkgeschiedenis heen werd deze profetie uitgelegd als vervuld door de
Romeinse belegering van Jeruzalem en de verwoesting van de tempel in 70 na Christus. Met de
opkomst van het dispensationalisten echter, werd de vervulling van deze passage naar de
toekomst verschoven.

Critici van het dispensationalisten hadden lang gevraagd: "Waar is de natie van Israël? Waar zijn
de Joden?" Niet in Palestina in ieder geval. Dus, neigden dispensationalisten ernaar deze profetie
van bijna volledige verwoesting toe te passen op Joden in het algemeen - slechts in symbolische
zin wonend in Israël - tot 1948. Dit was één reden voor hun zwijgen over Hitler vervolging. Hitler
was slechts een volgende sport in de ladder van vervolging die leidde naar de onontkoombare
Grote Verdrukking.

De geprofeteerde uitvoering van de Grote Verdrukking is verschoven over de jaren. Zoals Wilson
aantoont in Armageddon No! was Rusland van 1917 tot 1977 de voornaamste kandidaat. Maar
na 1991 is dit moeilijk geworden te verdedigen, om voor de hand liggende redenen. De
ineenstorting van de Sovjet-Unie heeft een groot probleem geschapen voor de theologen van het
dispensationalisten en haar populaire auteurs. Maar er zijn niet even zo grote twijfels gerezen
over de hevigheid van de komende vervolging. Hier volgt de mening van John F. Walvoord, een
van de leidende theologen van het dispensationalisten, die drie decennia gediend heeft als
president van Dallas Theologica Seminarie (gesticht in 1924), het voornaamste seminarie van de
beweging:

De zuivering van Israël in hun tijd van zorg wordt beschreven door Zacharia in deze
woorden: "En het zal geschieden, dat in al het land, zegt Jehova, twee delen daarvan
afgesneden zullen worden en sterven; maar het derde deel zal daarin achtergelaten worden.
En ik zal het derde deel in het vuur brengen, en hen louteren zoals zilver wordt louteren, en
beproeven zoals goud wordt beproefd."(Zacharia 13:8,9). Volgens de profetie van Zacharia,
 De laatste dagen 5

zullen twee derde van de kinderen van Israël in het land omkomen, maar zal het één-derde
deel dat overblijft gelouterd worden en de verlossing van God afwachten bij de tweede komst
van Christus die beschreven wordt in het volgende hoofdstuk van Zacharia [John F.
Walvoord, Israël in Prophecy (Grand Rapids, MI: Zondervan, [1962] 1988), p. 108.]”

De Wachttoren van 15 maart 2009 zegt: “4 De mensen in het algemeen staan onder Satans
heerschappij en zijn niet waakzaam geweest ten aanzien van de betekenis van de
wereldgebeurtenissen. Ze onderscheiden Christus’ tegenwoordigheid in Koninkrijksmacht niet.
Maar Christus’ ware volgelingen zijn wel waakzaam geweest en hebben de werkelijke betekenis
onderscheiden van wat er in de vorige eeuw is gebeurd. Sinds 1925 hebben Jehova’s Getuigen
ingezien dat de Eerste Wereldoorlog en de daaropvolgende gebeurtenissen het onbetwistbare
bewijs vormen dat Christus in 1914 in de hemel is gaan regeren. De laatste dagen van dit
goddeloze samenstel van dingen onder Satan waren dus begonnen. Veel opmerkzame mensen
erkennen het spectaculaire verschil tussen de periode voor de Eerste Wereldoorlog en de periode
erna, zonder echter de betekenis ervan te weten.”

Het is frappant dat zowel bij dispensationalisten en Jehovah’s Getuigen de voorspellingen met
regelmaat de deur uit vliegen, de wereld in. Een extreem lange lijst voor de valse voorspellingen
van de Wachttoren maar ook dispensationalisten: het zou voor 1988 zijn later 1989 en daarop
nog enkele andere data die de waarheid niet haalden.
Wie naar deze site gaat: http://www.bible.ca/pre-date-setters.htm daar staat een lijst van meer
dan 200 valse voorspellingen. [Wie nog verder wil grasduinen in deze zaak zie ook nog
http://www.apologetique.org/nl/artikelen/religie/Christ_theologie/dogmatiek/eschatologie/TW
M_heeft_lindsey_gelijk.htm Titel: Heeft Hal Lindsey gelijk? door Tjerk W. Muller

J. Schouten zegt in ’Het Zoeklicht’ van 30 mei 1998 op blz.10: “Voor Israël wordt de uitdrukking
“de laatste dagen” vooral gebruikt als het gaat over de terugkeer van het volk vanuit de diaspora,
de verstrooiing. “In het laatste der dagen zult gij dat inzien.” Dat Israël nu al tientallen jaren bezig
is terug te keren naar het land dat God hun heeft gegeven tot een eeuwige bezitting is een
belangrijk teken dat we in de laatste dagen zijn aangekomen.” (Dat is wat jij zegt, denk ik toch!)

Nog een citaat van Henk Schouten De laatste dagen, ’Het Zoeklicht’ 83 – 2007, blz.21: “Ik las
onlangs wat interessante cijfers, ze kwamen uit Amerika. In 1999 gaf 40% van de bevolking in de
VS aan te geloven dat de wereld zou eindigen zoals in de Bijbel staat beschreven. In 2002 gaf 59 %
aan te geloven in de profetieën van het boek Openbaring. In 2006 gaf 42% aan dat de
wedergeboorte van de staat Israël en de instabiliteit van het Midden-Oosten erop wijzen dat we
in de laatste dagen leven. Bovendien gaf 52% aan dat het herstel van Israël in 1948 en de
terugkeer van de vele Joden een directe vervulling is van de Bijbelse beloften.
Je kunt op onderzoeken en daaruit voortvloeiende cijfers heel wat twijfels loslaten. Toch vallen
deze aantallen niet zomaar uit de lucht. Natuurlijk, de decadentie die over de wereld waait vindt
haar oorsprong dikwijls in Hollywood. Maar er komt meer uit de VS. De VS leveren ook een
stroom van goede en fijne boeken, juist ook op het gebied van Bijbelse profetie. Hall Lindsay en
 De laatste dagen 6

Tim LaHaye zijn auteurs van wie heel veel boeken, ook in het Nederlands, zijn vertaald.
Belangrijker dan cijfers is de houding die ieder persoonlijk heeft ten opzichte van Bijbelse profetie
en haar vervulling.”

We citeren gescand, van iemand die de bedelingen in zijn vaandel draagt. Van Marc Verhoeven,
De ‘Rede over de laatste dingen’, 2002. Ik geef het alleen maar meer voor de voetnota bij Lucas
onderaan, wij geloven niet wat hij zegt. Integendeel we hebben daar een lijvig antwoord op
gegeven in onze studie over de 70 jaar weken, meer dan 300 bladzijden lang, om elke uitleg van
de dispensatileer in dat verband met wortel en tak uit te roeien.

Scofield zegt over de laatste dagen het volgende op blz.1151: “Men moet een onderscheid
maken tussen “de laatste dagen” wanneer de voorspelling betrekking heeft op Israël, en de
“laatste dagen” wanneer de voorspelling in verband staat tot de Kerk (1 Tim.4:1-3 / 2 Tim.3:1-8 /
 De laatste dagen 7

Heb.1:1,2 / 1 Pet.1:4,5 / 2 Pet.3:1-9 / 1 Joh.2:18,19 / Jud. 17-19). Merk ook op dat er staat
“laatste dagen” (meervoud) en “laatste dag” (enkelvoud): het laatste heeft betrekking op de
opstandingen en het laatste oordeel (Joh.6:39,40,44,45 / 11:24 / 12:48). De “laatste dagen” in
verband met de kerk begonnen met de komst van Christus (Heb.1:2) maar hebben speciaal
betrekking op de tijd van afval en verval aan het einde van deze eeuw (2 Tim.3:1 / 4:4). De
“laatste dagen” met betrekking tot Israël zijn de dagen van de verhoging en zegening van Israël,
en zijn synoniem met de koninkrijk eeuw (Jes.2:2-4 / Mich.4:1-7). Ze zijn de “laatste” niet met
betrekking tot deze eeuw, maar met betrekking tot de ganse geschiedenis van Israël.”

Eén van de manieren waarop verdedigers van een toekomende regering van duizend jaar
omgaan met een uitdrukking als “in de laatste dagen” is dat deze betrekking heeft op 1914
(Jehovah’s Getuigen) of de tijd onmiddellijk voorafgaande aan Zijn Wederkomst (Hal Lindsay en
vele anderen). Soms heeft een tekst volgens hen te maken met de duizendjarige regering zelf. Er
zijn enkele teksten uit het OT die op die wijze worden uitgelegd (Jes.2:2 / Ezech.38:16). Maar
laten we daar niet te hard van stapel mee lopen. Sommigen gaan gewoon in vervulling in een
korte tijd nadat de voorzegging is uitgesproken. Enkele voorbeelden mogen dat duidelijk maken.
De “laatste (latere) dagen” van Israël van de Babylonische gevangenschap duren 70 jaren. In een
visioen van de “tijd van het einde” zijn bepaalde dingen voorzegt die niet lang nadien in
vervulling gaan. Zo is Dan.8:17-24, al vervuld wanneer Alexander de Grote het Medo-Perzische
Rijk veroverde en dat is slechts de 4 de eeuw vóór Christus. “De laatste dagen” van Dan.10:14 zijn
vervuld in de 2de en 1st eeuw vóór Christus.

Foto van https://pixabay.com/nl/strand-noordzee-zee-zonsondergang-2179624/

Drie teksten die aangeven dat God alles op ZIJN TIJD laat geschieden : Genesis 1:14:
“14 En God zei: Laten er lichten zijn aan het hemelgewelf om scheiding te maken tussen
de dag en de nacht; en laten zij zijn tot tekenen, en tot aanduiding van vaste tijden en
van dagen en jaren!” Handelingen 1:7: “7 En Hij zei tegen hen: Het komt u niet toe de
tijden of gelegenheden te weten die de Vader in Zijn eigen macht gesteld heeft.”
Epheziërs 1:9,10: “9 toen Hij ons, overeenkomstig Zijn welbehagen, dat Hij in Zichzelf
 De laatste dagen 8

voorgenomen had, het geheimenis van Zijn wil bekendmaakte, 10 om in de bedeling van
de volheid van de tijden alles weer in Christus bijeen te brengen , zowel wat in de hemel
als wat op de aarde is.” Dit laatste spreekt over onze dispensatie, niet de 1.000 jarige
regering.

“De laatste dagen” in het OT

Jer.23:20 HSV: “20 De toorn van de HEERE zal zich niet afwenden, tot Hij gedaan en tot
Hij tot stand gebracht heeft de gedachten van Zijn hart. In later tijd zult u dat duidelijk
begrijpen.” De voetnoot zegt: In later tijd - Letterlijk: Aan het einde van de dagen.
Jer.30:24 HSV: “24 De brandende toorn van de HEERE zal zich niet afwenden, tot Hij
gedaan en tot Hij tot stand gebracht heeft de gedachten van Zijn hart. In later tijd zult u
dat begrijpen.” De voetnoot zegt: In later tijd - Letterlijk: Aan het einde van de dagen.

Daniël 1:18 HSV: “Aan het einde van de dagen waarvan de koning had gezegd dat men
hen moest laten komen, liet het hoofd van de hovelingen hen bij koning Nebukadnezar
komen.” Het einde van een vooraf besproken tijd onder mensen. Dus ook een vast
tijdstip.
Daniël 12:13 HSV: “Maar u, ga heen tot het einde, want u zult rusten, en u zult opstaan
in uw bestemming, aan het einde van de dagen.” Gods bestemde tijd van de Wederkomst
van Jezus.

De uitdrukking “die dagen” kan betrekking hebben op een tijd dat Gods oordeel komt, binnen
enkele jaren na de straf die God uitsprak of nog later tegen het einde van de tijden, dus de
Wederkomst van Jezus. Hier Jeremia in de HSV.

Jeremia 3:16 En het zal gebeuren in die dagen, wanneer u zich vermeerdert en vruchtbaar
wordt in het land, spreekt de HEERE, dan zal men niet meer zeggen: de ark van
het verbond van de HEERE. Zij zal niet meer in het hart opkomen. Men zal er
niet meer aan denken en niet meer naar haar omzien. Zij zal niet opnieuw
gemaakt worden.
Jeremia 3:18 In die dagen zal het huis van Juda naar het huis van Israël gaan. Tezamen zullen
zij komen uit het land in het noorden naar het land dat Ik uw vaderen in erfelijk
bezit heb gegeven.
Jeremia 5:18 Maar ook in die dagen, spreekt de HEERE, zal Ik geen vernietigend einde aan u
maken.
Jeremia In die dagen zullen zij niet meer zeggen:
31:29
Jeremia Voorzeker, dit is het verbond dat Ik na die dagen met het huis van Israël sluiten
31:33 zal, spreekt de HEERE: Ik zal Mijn wet in hun binnenste geven en zal die in hun
hart schrijven. Ik zal hun tot een God zijn en zíj zullen Mij tot een volk zijn.
Jeremia In die dagen en in die tijd zal Ik voor David een SPRUIT van gerechtigheid doen
 De laatste dagen 9

33:15 opkomen. Hij zal recht en gerechtigheid doen op aarde.

Jeremia In die dagen zal Juda verlost worden en zal Jeruzalem onbezorgd wonen. Dit is
33:16 hoe mende stad noemen zal: DE HEERE ONZE GERECHTIGHEID.
Jeremia 50:4 In die dagen en in die tijd, spreekt de HEERE,
Jeremia In die dagen en in die tijd, spreekt de HEERE,
50:20

Daarom ook nog een lijst van een groot deel teksten in dit verband uit het OT. De algemene
gevolgtrekking hierover volgt daarop.

Jes.2:12 HSV: “12 Want de dag van de HEERE van de legermachten zal zijn tegen al wie
hoogmoedig en trots is, tegen al wie zich verheft, opdat hij vernederd zal worden;.” Zie ook
Spr.16:18,19 / 1 Pet.5:5.

Jes.13:6 HSV: “6 Weeklaag, want de dag van de HEERE is nabij; als een verwoesting van de
Almachtige komt hij.” Over Babylon, vergelijk Jer.51:8.

Jes.13:9,10 NBG: “Zie, de dag des HEREN komt, meedogenloos, met verbolgenheid en
brandende toorn, om de aarde tot een woestenij te maken en haar zondaars van haar te
verdelgen. Want de sterren en de sterrenbeelden des hemels doen hun licht niet stralen, de zon
is bij haar opgang verduisterd en de maan laat haar licht niet schijnen.” Over Babylon. Voor vers
10 vergelijk Joël 2:31 / 3:15 / Mat.24:29,30, WAAR MEN GELIJKAARDIGE BEELDEN KAN VINDEN.

Ezechiël 7:10: “Zie, de dag! Zie, het komt; de doem voltrekt zich; de staf bloeit; de overmoed
spruit uit.”

Joël 1:15 HSV: “15 Ach, die dag! Ja, de dag van de HEERE is nabij, en hij zal komen als een
verwoesting van de Almachtige.”

Joël 2:1: “1 Blaas de bazuin in Sion, sla alarm op Mijn heilige berg, laat alle inwoners van het
land sidderen, want de dag van de HEERE komt, ja, is nabij!.”

Joël 2:11 HSV: “11 En de HEERE laat Zijn stem klinken voor Zijn leger uit, want Zijn leger is
zeer groot, ja, machtig is Hij, Die Zijn woord ten uitvoer brengt. Groot is immers de dag van de
HEERE en zeer ontzagwekkend. Wie zal hem kunnen verdragen?” Zie ook Num.24:23.

Joël 2:31,32a HSV: “31 De zon zal veranderd worden in duisternis en de maan in bloed, voor die
dag van de HEERE komt, die grote en ontzagwekkende. 32 Het zal geschieden dat ieder die de
Naam van de HEERE zal aanroepen, behouden zal worden. Want op de berg Sion en in
Jeruzalem zal ontkoming zijn.” Vervulling in Hand.2:20. Dat kan slechts betrekking
hebben op het hemelse Sion en het hemelse Jeruzalem. Dus niet uitstellen voor nog een
tweede vervulling!
 De laatste dagen 10

Amos 5:18 HSV: “18 Wee hun die verlangend uitzien Naar de dag van de HEERE! Wat zal voor u
die dag van de HEERE zijn? Duisternis zal hij zijn en geen licht!” Zie ook Jes.5:19 / Jer.17:15.

Amos 5:20 HSV: “20 Zal de dag van de HEERE niet duisternis zijn, en geen licht; donkerte –
zonder lichtglans erover?”

Obadja 1:15: “Want nabij is de dag des HEREN over alle volken; zoals gij gedaan hebt, zal u
gedaan worden, uw daad zal op uw eigen hoofd terugvallen.” Vergelijk 1 Pet.4:17.

Zef.1:14 HSV: “14 De grote dag van de HEERE is nabij; hij is nabij en nadert zeer snel.
Hoor, de dag van de HEERE! De held zal daar bitter schreeuwen!” Vergelijk Rom.13:12 /
Heb.10:37 / Opb.22:20.

Zach.14:1 NBG: “Zie, er komt een dag voor de HERE, waarop de buit, op u behaald, binnen uw
muren verdeeld zal worden.” Vergelijk 1 Thes.5:2 / 2 Pet.3:7,8,10,12.

Mal.3:2 HSV: “2 Maar wie zal de dag van Zijn komst verdragen? Wie zal bij Zijn verschijning
standhouden? Want Hij is als vuur van een edelsmid, en als zeep van de blekers.” Vervulling in
Mat.3:10-12.

Mal.4:1 NBG: “Want zie, de dag komt, brandend als een oven! Dan zullen alle overmoedigen en
allen die goddeloosheid bedrijven, zijn als stoppels, en de dag die komt, zal hen in brand steken
- zegt de HERE der heerscharen - welke hun wortel noch tak zal overlaten.” Vervulling in
Mat.3:12 / 2 Pet.3:7.

Mal.4:5 HSV: “5 Zie, Ik zend tot u de profeet Elia, voordat de dag van de HEERE komt, die grote
en ontzagwekkende dag.” Vervulling in Mat.11:13,14 / 17:9-13 door het werk van Johannes de
Doper.

Van alle teksten uit het OT is deze van Dan.2:28 HSV één van de belangrijkste. Daar staat het
volgende: “28 Maar er is een God in de hemel Die verborgenheden openbaart. Hij heeft koning
Nebukadnezar laten weten wat er in later tijd gebeuren zal. Uw droom en de visioenen die u
voor ogen kwamen op uw bed, zijn deze.” En zo een verborgenheid is: “44 In de dagen van die
koningen zal de God van de hemel echter een Koninkrijk doen opkomen dat voor eeuwig niet te
gronde zal gaan en waarvan de heerschappij niet op een ander volk zal overgaan. Het zal al die
andere koninkrijken verbrijzelen en tenietdoen, maar zelf zal het voor eeuwig standhouden.”
(Vers 44 HSV). God zal Zijn eigen Rijk oprichten. En dat heeft te maken met de prediking van
Jezus. Volgens Marcus 1:15 leefde men toen in “de tijd die vervuld wordt.” De tijd daartoe was
dan “nabij.” De zeshonderd jaar vroeger uitgesproken voorspelling zou zich vervullen. Dus in de
tijd dat het Romeinse Rijk, het vierde rijk bestaat en werkzaam is, zal God Zijn Rijk oprichten.
Vanuit het standpunt van God bestaan al die rijken, die het beeld vormen, op datzelfde moment.
Wat natuurlijk vanuit menselijk oogpunt niet waar is.
 De laatste dagen 11

Dan.2:44 wijst niet naar 1914 (Jehovah’s Getuigen) of een komend duizendjarig rijk (vele
anderen EN ZO OOK DE DISPENSATIONALISTEN), maar heeft zijn vervulling in dezelfde tijd dat Joël
2 in vervulling gaat. Met Pinksteren is de tijd van het einde begonnen in een betekenis zoals nooit
tevoren. Dat is eigenlijk evident uit de aard van de prediking van Johannes, Jezus en de apostelen;
ze zeggen allen; “het Koninkrijk is nabij.” Dat is een tijdselement dat men al vlug vergeet in
sommige kringen. De Heer zou Zijn Koninkrijk hebben aangeboden, maar Israël zou het niet
hebben aangenomen en daarom zou God het uitstellen tot later. Dat maakt van dezen die het
toen gepredikt hebben valse profeten, inclusief Jezus! Dat willen we toch niet! Het is toch zo dat,
hoe we het draaien of keren, van de gemeente wordt gezegd dat ze opgenomen is in “het
Koninkrijk van de liefde” volgens Col.1:13. Indien we zeggen dat er een tussentijd door God is
ingevoegd nadat Israël zijn Messias verwerpt, dan moeten we twee koninkrijken leren waarover
de Heer regeert. Waar leert het OT of het NT zoiets? We zijn als gelovigen in dat rijk nu al
opgenomen!

Máár zegt de WT! We citeren ’De Wachttoren’ van 15 januari 2000, blz.12,13: “Ten derde leven
we in de tijd van de achtste en laatste koning die in de Openbaring 17:9-11 opgetekende
profetie wordt genoemd. Hier noemt de apostel Johannes zeven koningen, die zeven
wereldmachten voorstellen - Egypte, Assyrië, Babylon, Medo-Perzië, Griekenland, Rome en de
Anglo-Amerikanse dualistische wereldmacht. Hij ziet ook een “achtste koning”, die ’voortspruit
uit de zeven’. Deze achtste koning - de laatste die Johannes in het visioen ziet - stelt thans de
organisatie van de Verenigde Naties voor. Volgens Johannes gaat deze achtste koning “de
vernietiging tegemoet”, waarna geen verdere aardse koningen meer vermeld worden.
Ten vierde leven wij in de periode die wordt gesymboliseerd door de voeten van het in
Nebukadnezars droom geziene beeld. De profeet Daniël legde deze mysterieuze droom van een
enorm beeld in de vorm van een mens uit (Daniël 2:36-43). De uit vier metalen bestaande delen
van het beeld stellen verschillende wereldmachten voor, te beginnen met het hoofd (het
Babylonische Rijk) en eindigend met de boeten en tenen (de regeringen die nu aan de macht
zijn). Alle in dat beeld vertegenwoordigde wereldmachten hebben hun opwachting gemaakt.
Wij leven nu in de periode die door de voeten van het beeld wordt gesymboliseerd. Er is geen
sprake van dat er nog andere machten zullen komen.”

Maar daar staat een tegenstrijdigheid. Het beeld heeft vier delen en het is in het bestaan van
het vierde deel dat de steen uit de hemel loskomt en de regeringen vernietigd. Niet ineens want
dan zou het beeld van enkele gelijkenissen van Jezus niet meer kloppen. Denk aan deze van de
boom, hij groeit langzaam maar zeker en zal vele dieren in zich verzamelen. Ook dezen die in de
bedelingen geloven leren wat in die aard maar dan verplaatst naar de tijd na de opname van de
gemeente. Er is toch bewijs genoeg dat we dicht tegen het einde zijn, zegt men dan.

Maar de beelden van Daniël en Openbaring mogen elkaar toch niet tegenspreken! Er zit méér
logica in de Schrift dan wat die mensen zeggen. Heropleving van het vierde rijk onder gelijk welke
andere vorm zou een vijfde rijk zijn. En de profetie zou verkeerd zijn en foutief. Maar ook in de
dispensatieleer gaat men slordig om met tijden: omdat het volk Israël Jezus niet heeft
 De laatste dagen 12

aangenomen zou God de tijd hebben laten stilstaan voor dat volk. Waar halen ze het: in Daniël 9
met een flinke korrel zout te nemen want tijden bij God, zijn niet deelbaar als men wenst. Want in
de ene groep van de bedelingenleer gaat de “opname“ van de gemeente 7 jaar vooraf aan de
1.000 jarige regering, bij de andere groep 3 en een 1/2 jaar voorafgaande. Alles met overtuiging
in woorden gebracht maar Bijbels slordig en onaannemelijk.

In het OT vinden we ook nog de uitdrukking “laatste jaren” in Ezech.38:8. Zo is de tijd

voorafgaande èn de ballingschap naar Babel “de tijd van de afrekening” volgens Ezech.21:25 /
35:5. Maar het zijn ook de “laatste dagen” èn “de eindafrekening” voor zowel de Ammonieten
als de Edomieten (Ezech.21:28-32 / 35:5).

Gevolgtrekkingen over deze teksten uit het OT

1°) De laatste dagen kunnen betrekking hebben op het oordeel en straf over een heidens volk. Zie
o.a. Jes.2:12, dat ook nog spreekwoordelijk is voor alle tijden.

2°) De laatste dagen kunnen betrekking hebben in profetische zin op het bestaan van Israël als
koninkrijk en het Joodse wetssysteem van de tempel en het priesterschap van Aäron. Het is een
eerste keer opgehouden met de ballingschap naar Babylon, straf voor verbondsbreuk. Zie
Ezech.7:10. Het is opgehouden als wettig te zijn met de dood van de Christus. Zie Joël 1:15 /
2:11 / 2:31 en vergelijk de vervulling in Hand.2:16,17 / Mal.3:2 / 4:1,5.

3°) De laatste dagen die voorafgaan aan het herstel van de nieuwe hemel en nieuwe aarde. Zie
Jes.13:9,10 en vergelijk Jes.34:4,5.

YaHWeH God heeft Zijn profeten laten vertellen dat er rampen komen over toenmalig
koninkrijken als Egypte, Edom, Babylon, en zelfs Israël. YaHWeH God zelf zal ze verwerken in Zijn
oordeelskomsten. Denk hier aan Openbaring 19 waar Jezus zo een oordeel zal vellen over de
goddelozen.

Oordeel over Teksten in HSV en tijdperk

Egypte Jesaja 19:1: “1 De last over Egypte. Zie, de HEERE rijdt op een snelle wolk en
komt in Egypte. De afgoden van Egypte zullen beven voor Zijn aangezicht en
het hart van de Egyptenaren zal smelten in hun binnenste."
Jesaja 20:1-6 beschrijft de historische vervulling.
Edom Jer.4:13: "13 Zie, als wolken komt de vijand opzetten, als een wervelwind
komen zijn wagens, sneller dan arenden zijn zijn paarden. Wee ons, want
wij worden verwoest!"
Egypte Ez.30:3: "3 Want nabij is de dag, ja, nabij is de dag van de HEERE. Het is
een dag van wolken; de tijd van de heidenvolken zal komen! "
Syrië, Filistea, Amos 1:2: “De HEERE zal vanaf Sion brullen als een leeuw, vanuit Jeruzalem
 De laatste dagen 13

Fenicië, zal Hij Zijn stem laten klinken zodat de weiden van de herders treuren, en
Edom en de top van de Karmel verdort.”
Ammon
Alle vijanden Ps.68:2,3: "2 God staat op, Zijn vijanden worden overal verspreid; wie Hem
van Zijn volk haten, vluchten voor Zijn aangezicht. 3 U verdrijft hen, zoals rook verdreven
wordt; zoals was smelt voor vuur komen de goddelozen om voor Gods
aangezicht."
Alle vijanden Ps.104:3,4: "3 Hij maakt de zoldering van Zijn hemelzalen op de wateren,
van Zijn volk maakt van de wolken Zijn wagen, wandelt op de vleugels van de wind.
4 Hij maakt Zijn engelen tot hulpvaardige geesten, Zijn dienaren tot
vlammend vuur."

“De laatste dagen” in het NT

Wat dispensationalisten op dat gebied leren

J. Schouten geeft de volgende uitleg bij het gebeuren van Pinksteren (’Het Zoeklicht’, 30 mei
1998, blz.10, 11): “De laatste dagen. In de theologiewetenschappen zijn de laatste dagen
ingegaan met het verlossingswerk van de Here Jezus Christus, de dood van de Heiland aan het
kruis en de opstanding uit de doden. Om het nog wat duidelijker te zeggen: met de uitstorting van
de Heilige Geest op de grote Pinksterdag.
(...)
In deze bijzondere Pinksterervaring voor de gemeente zijn de laatste dagen ingegaan. Maar lezen
wij de profetie wat nauwkeuriger dan zien we dat er op die Pinksterdag niet een totale vervulling
heeft plaatsgevonden. De volle uitstorting van de Heilige Geest op het volk Israël, waarbij
iedereen betrokken zal zijn, zonen en dochters, dromende ouden en gezichten ziende jongelingen,
alsmede dienstknechten en dienstmaagden, zal plaatsvinden in de toespitsing van deze laatste
dagen, als het einde daar is.
(...)
In onze tijd zijn de laatste dagen aangebroken en in heel het wereldgebeuren wordt zichtbaar dat
de toespitsing van het einde daar is, en de wederkomst van de Here Jezus Christus voor de deur
staat. De Bijbel kent, wat dit betreft, drie grote stromingen. De eerste is het volk Israël. De
uitdrukking “laatste dagen” wordt de meeste keren bij Israël gebruikt. Daarnaast ontkomt ook de
gemeente niet aan dit predikaat en ten laatste wordt het voor de hele wereld gebruikt. Alles in
deze laatste dagen is op weg naar de grote finale. In dit artikel willen we nog een globaal
overzicht van alles geven, om, later, in afzonderlijke artikelen, daarop terug te komen.
Israël. Voor Israël wordt de uitdrukking “de laatste dagen” vooral gebruikt als het gaat over de
terugkeer van het volk vanuit de diaspora, de verstrooiing. “In het laatste der dagen zult gij dit
inzien.” Dat Israël nu al tientallen jaren bezig is terug te keren naar het land dat God hun heeft
gegeven tot een eeuwige bezitting is een belangrijk teken dat we in de laatste dagen zijn
aangekomen.
 De laatste dagen 14

(...)
Achter dit menselijke van de terugkeer, achter veel menselijke dingen die met dit alles te maken
hebben, zien we dan ook Gods machtige hand, die bezig is zijn volk thuis te brengen. We zijn
dankbaar dat we zien dat in veel kerken de gedachte leeft dat God met Israël bezig is. Tegelijk
verbaast het ons te zien dat sommigen nog willen vasthouden aan de verouderde
“vervangingstheorie” dat de kerk in plaats van Israël is gekomen” (wij onderlijnen).

In het ’Bijbels Woordenboek’, Romen & Zonen, edit. A. van den Born, 1966-1969, lezen wij bij
kol.380: “Bovendien moet nog rekening gehouden worden met de israëlitische manier van
denken, die een voorkeur heeft voor scherpe tegenstellingen en weinig oog voor gradatie en
betrekkelijkheid. Heeft het hebreeuws slechts één woord voor ’later’ en ’laatst’, dan is begrijpelijk
dat de gewijde schrijvers lange tijd geen onderscheid hebben gemaakt tussen historische
toekomst en de eigenlijke eindtijd. Dit neemt echter niet weg dat in vele gevallen uit het
zinsverband kan blijken dat deze uitdrukking zakelijk en eschatologische betekenis heeft; dit is in
Gn 49 en vermoedelijk ook in Nm 24 het geval, daar het verbeide idyllische geluk te scherp
afsteekt tegen de minder begunstigde historische tijd.”

Wat wij op dat gebied leren

Laten we eens enkele teksten nagaan in het NT waar de term “laatste dagen” gebruikt is. Dat
zegt meer dan men kan zeggen in woorden.
Hand.2:16,17 HSV: “En het zal zijn in de laatste dagen, zegt God, dat Ik zal uitstorten van Mijn
Geest op alle vlees; en uw zonen en uw dochters zullen profeteren, uw jongemannen zullen
visioenen zien en uw ouderen zullen dromen dromen.”

1 Cor.10:11 HSV: “Al deze dingen nu zijn hun overkomen als voorbeelden voor ons, en ze zijn
beschreven tot waarschuwing voor ons, over wie het einde van de eeuwen gekomen is.” In de
NBG: “Dit is hun overkomen tot een voorbeeld (voor ons) en het is opgetekend ter
waarschuwing voor ons, over wie het einde der eeuwen gekomen is.”

1 Tim.4:1 HSV: “Maar de Geest zegt uitdrukkelijk dat in latere tijden sommigen afvallig zullen
worden van het geloof en zich zullen wenden tot misleidende geesten en leringen van
demonen.”

2 Tim.3:1 HSV: “En weet dit dat in de laatste dagen zware tijden zullen aanbreken.”

Heb.1:1,2 HSV: “Nadat God voorheen vele malen en op vele wijzen tot de vaderen gesproken
had door de profeten, heeft Hij in deze laatste dagen tot ons gesproken door de Zoon. Die Hij
Erfgenaam gemaakt heeft van alles, door Wie Hij ook de wereld gemaakt heeft.”

Jac.5:3 HSV: “Uw goud en zilver is verroest en hun roest zal een getuigenis tegen u zijn en uw
vlees als een vuur verteren. U hebt schatten verzameld in de laatste dagen.”
 De laatste dagen 15

1 Pet.1:5 HSV: “U wordt immers door de kracht van God bewaakt door het geloof tot de
zaligheid, die gereedligt om geopenbaard te worden in de laatste tijd.”

1 Pet.1:20 HSV: “Hij is wel van tevoren gekend, vóór de grondlegging van de wereld, maar in de
laatste tijden geopenbaard omwille van u.”

2 Pet.3:3,4a HSV: “Dit moet u allereerst weten, dat er in het laatste der dagen spotters zullen
komen, die naar hun eigen begeerten zullen wandelen, en zeggen: Waar is de belofte van Zijn
komst?”

1 Joh.2:18: “Kinderen, het is de laatste ure; en gelijk gij gehoord hebt, dat er een antichrist
komt, zijn er nu ook vele antichristen opgestaan, en daaraan onderkennen wij, dat het de
laatste ure is.”

Judas 17,18: “Gij echter, geliefden, herinnert u de woorden, die vóór dezen gesproken zijn door
de apostelen van onze Here Jezus Christus, dat zij tot u hebben gezegd: Aan het einde des tijds
zullen er spotters komen, die naar hun eigen goddeloze begeerten zullen wandelen.”

We leven dus sinds de tijd der apostelen in:

“de laatste ure”, 1 Joh.2:17

“laatst der dagen”, Jac.5:3
“het einde der eeuwen”, 1 Pet.1:20
“het einde des tijds” Judas 17,18.

Nader bepaald: sinds de dag van Pinksteren tot aan de Wederkomst leven we in de laatste ure
of de laatste tijd. En daarom staat er ook in Mat.25:19 dat de Wederkomst van de Heer “na
lange tijd” is. Maar leg dit niet verkeerd uit want het gaat om dezelfde slaven die in de parabel
staan. Kort en lang zijn voor ons mensen relatieve begrippen.

Gevolgtrekkingen over deze teksten uit het NT

1°) De laatste dagen kunnen betrekking hebben op het oordeel en straf over een heidens volk. Zie
Joh.12:48, de laatste dag / 2 Thes.2:1-3,8-12, de tijd van het afval en de opkomst van de
wetteloze / Judas 17-20.

2°) De laatste dagen kunnen betrekking hebben in profetische zin op het bestaan van Israël als
koninkrijk en het Joodse wettelijke systeem van de tempel en het priesterschap van Aäron. Het is
opgehouden als wettig te zijn met de dood van de Christus. Deze laatste dagen zijn opgehouden
in het jaar 70 n. Chr. bij de vernietiging van de tempel. Zie Heb.1:1,2 / 9:26. En 1 Pet.1:20,21,
 De laatste dagen 16

indien deze brief gericht is aan de natuurlijke Joden uit die tijd. Wat niet zeker is maar niet
onmogelijk. Aangezien God de Geest aan Jezus niet gaf met “mate” maar in volheid (Joh.3:34)
moeten we niet twijfelen aan de uitspraken van Jezus. Zo o.a. wat Hij zegt wat er zal geschieden in
dit “geslacht.” We moeten Zijn woorden niet aanpassen of verdraaien zodat ze passen in wat we
denken dat moet geschieden in de toekomst.
3°) De laatste dagen die voorafgaan aan het definitieve herstel van de nieuwe hemel en nieuwe
aarde. Maar met Pinksteren zijn ze begonnen. De gemeente is reeds een nieuwe schepping. Met
de Wederkomst zal alles vernieuwd worden. Zie 1 Cor.10:11 / 1 Tim.4:1 / 2 Tim.3:1 / 2 Pet.3:3,4a.

4°) Jesaja 2:2 en Micha 4:1 hebben géén betrekking op het herstel van Israël in een duizendjarig
rijk (zoals de New Scofield Bible blz.1164 zegt) maar spreken over onze christelijke tijdsperiode
voordat de Heer terugkomt. Aangezien in 70 na Christus het natuurlijke/vleselijke Israël niet meer
het representatieve volk van God werd aangenomen. Daarom juist de val van stad en tempel,
daarom is nu het “Israël” dat op deze op aarde werkzaam is, in geestelijke zin niet van deze aarde
het nieuwe verbond. Een eeuwigdurend verbond dat God is aangegaan met allen die Zijn zoon als
verlosser hebben aangenomen. Messias belijden van alle volken en talen op de aarde! Zelf
hebben ze een paspoort voor de hemelen want ze zijn als kinderen van de Vader gekozen uit de
wereldburgers, vanaf Pinsteren to de Wederkomst van Zijn zoon als oordelaar van de goddelozen.

“Het zal in het laatste der dagen geschieden dat de berg van het huis van de
Jes. 2:2 HEERE vast zal staan als de hoogste van de bergen, en dat hij verheven zal
HSV worden boven de heuvels, en dat alle heidenvolken ernaartoe zullen stromen.”

“Het zal echter in het laatste der dagen geschieden dat de berg van het huis van
Micha 4:1 de HEERE vast zal staan als de hoogste van de bergen, en dat hij verheven zal
HSV worden boven de heuvels, en dat de volken ernaartoe zullen stromen.”

Jes.2:2-4: in vervulling sinds Pinksteren

tot aan de Wederkomst
Profetie Jes.2:2-4 Voorspelling door Jezus Vervulling Eph.2:11-18
1) Laatste der dagen In Zijn dagen komt het Vroeger waren we zonder God maar
(v.2a) Koninkrijk in kracht “nu” Hem genaderd (v.2:11-13)
Marc.9:1
Alle volkeren kunnen medeburgers
2) Huis des Heren staat De Heer bouwt zijn Kerk
worden in het éne bouwwerk (v.2:19-
vast (v.2b) Mat.16:18,19
22)
3) Volkeren en natiën Vanaf Pinksteren moeten alle “Thans” kan elk volk tot God
(v.2c) volkeren het evangelie komen door het bloed van Christus
 De laatste dagen 17

gepredikt worden Mat.28: 19, (v.2:14)

daarna Samaritanen
Hand.8:5-7 en als laatste
Heidenen Hand.10:34-36
In de gelovigen zullen God, De gemeente is de tempel van God
4) Huis van God (v.3a) de Zoon en de Geest wonen (v.2:21)
Joh.17:20-23
In Jeruzalem is letterlijk de “mede gebouwd” tot
5) Wet uit Sion (v.3b)
eerste maal het evangelie woonstede Gods (v.2:22)
gehoord Luc.24: 27
Er is slechts één kudde Alle gelovigen worden één gemeente
6) Natiën onder gericht Joh.10:16 bestaande uit zowel Joden als
(v.4a) Mijn schapen horen Mijn Heidenen
stem (Joh.10:27,28) (v.2:14-16)
Zalig de zachtmoedigen Er is vrede onder de volkeren (v.14)
7) Geen oorlog meer Mat.5:5 Vrede over wie “ver” is of“dichtbij”
onder de volkeren Zalig de vredestichters (v.2:18,19)
(v.4b) Mat.5:9
Zalig de vervolgden om der
gerechtigheid wil
Mat.5:10

IK KOM DAN NU TERUG MET EEN VRAAG NAAR AANLEIDING VAN JE OPMERKING.

Je schreef me dit: “In mijn vorige e-mail verwees ik naar Lukas waarin onze Heer Yeshua zegt:
'Jeruzalem zal vertrapt worden TOTDAT de volheid der heidenen is ingegaan'. TOTDAT is tegelijk
een keerpunt. De volheid der heidenen is dan ook mijnerzijds een feit.”

Mijn vraag: als je dat echt geloofd dan moet je ook geloven dat er géééén
nieuwe gelovigen uit de heidenen meer kunnen bijkomen vanaf 1948, 19…
neem zelf maar een datum?????

Want, je leert toch dat als die tijd der heidenen gedaan is slechts dan de tijd
van de Joden opnieuw kan beginnen. Romeinen 11 zegt dat volgens jou, niet
volgens mij.

Dat is en totale contradictie met wat Jezus zegt in zijn opdracht aan de
gemeente. Het gaat over deze tekst: Matthéüs 28:19-20. Let erop dat dit
spreekt over het prediken tot op het laatste van de dagen aan alle volkeren,
niet op het laatst alleen aan Joden.
 De laatste dagen 18

19 Ga dan heen, onderwijs al de volken, hen dopend in de Naam van de Vader en van de
Zoon en van de Heilige Geest, hun lerend alles wat Ik u geboden heb, in acht te nemen.
Mark. 16:15 En Hij zei tegen hen: Ga heen in heel de wereld, predik het Evangelie aan
alle schepselen.
Joh. 15:16 Niet u hebt Mij uitverkoren, maar Ik heb u uitverkoren, en Ik heb u ertoe
bestemd dat u zou heengaan en vrucht dragen, en dat uw vrucht zou
blijven, opdat wat u ook maar van de Vader vraagt in Mijn Naam, Hij u dat
geeft.
20 En zie, Ik ben met u al de dagen, tot de voleinding van de wereld. Amen.
διδασκοντες αυτους τηρειν παντα οσα ενετειλαμην υμιν και ιδου εγω μεθ
υμων ειμι πασας τας ημερας εως της συντελειας του αιωνος αμην
En ziet, Ik ben met ulieden al de dagen tot de voleinding der wereld. Amen. \ (SV)
Joh. 14:18 Ik zal u niet als wezen achterlaten; Ik kom weer naar u toe.

Voor mij dus onmogelijk als uitleg. Lucas 21:24 is voor mij vervuld in 70. In
Jeruzalem zijn er nu nog 4 gedeelten/gewesten of noem het zelf aar op. En in
Israël is nog een deel van de Palestijnen. Dus ook hier kan je niet scoren niet
qua stad en niet qua land.

**********
Je merkte me al tweemaal op dat het verlies aan leden van de grote christelijke kerken een
teken is dat de “tijd van Israël” gekomen is, en de tijd van de “heidenen” voorbij. Nadat de
“volheid der heidenen is binnengegaan”, zo gaat het toch in de uitleg van de dispensaties! Dat is
niet wat Romeinen 11 zondermeer zou zeggen: “25 Want ik wil niet, broeders, dat u geen weet
hebt van dit geheimenis (opdat u niet wijs zou zijn in eigen oog), dat er voor een deel verharding
over Israël is gekomen, totdat de volheid van de heidenen is binnengegaan.” Lees goed wat er
staat, rekening houdende met de context, zonder de nabije teksten kan je er alles van maken. Er
is een olijfboom en daarvan zijn velen takken afgehouwen die ernaast liggen. In de boom worden
wilde olijftakken geënt en de plant heeft nu twee soorten olijven. Gevoed vanuit dezelfde boom
en wortels: de vraag is welke? Dat kan slechts slaan op de beloften van God aan de vaderen waar
ook al aan Abraham beloofd is dat Zijn nakomeling de verlosser zal zijn van de heidenen. Dus ze
zijn één in de beloften en Jezus. Maar wat is de situatie in Israël en de wereld wat betreft de
religiositeit?

Hier staat een artikel van een correspondent van het dagblad “Haaretz” Apr 14, 2015 6:22 AM.
Een commentaar op een statistiek van de religiositeit van de rassen/landen in de wereld.

https://www.haaretz.com/israel-china-among-least-religious-nations-1.5350737

“O ye of little faith in Israel

 De laatste dagen 19

In the Middle East and North Africa, 82 percent of people consider themselves religious and in
Thailand 94 percent say they're religious, the poll found. In Israel, though, that global proportion
is reversed, with just 30 percent saying they are religious and 65 percent saying they are either
not religious or convinced atheists (the proportion of self-identified atheists is just 8 percent
however).”

"O gij kleingelovigen in Israël

In het Midden-Oosten en Noord-Afrika beschouwt 82 procent van de mensen zichzelf als religieus
en in Thailand zegt 94 procent dat ze religieus zijn, zo bleek uit de peiling. In Israël is dat globale
aandeel echter omgekeerd, waarbij slechts 30 procent zegt dat ze religieus zijn en 65 procent zegt
dat ze ofwel niet religieus of overtuigd atheïsten zijn (het aandeel van zelf-geïdentificeerde
atheïsten is slechts 8 procent)."

Nog een andere statistiek op http://www.jcpa.org/dje/articles2/howrelisr.htm

“In 1948 when Israel was founded and socialist Zionism was in the saddle, there were
undoubtedly many more atheists in the country than there are today. On the other hand, believers
should not take too much comfort from these figures since the belief of the Israeli majority is like
belief in other Western countries. Only 27 percent believe that God will punish them for not
observing His commandments themselves even though twice as many believe that the
commandments are of divine origin.”

"In 1948, toen Israël werd gesticht en het socialistische zionisme in het zadel zat, waren er
ongetwijfeld nog veel meer atheïsten in het land dan nu het geval is. Aan de andere kant mogen
gelovigen niet te veel troost putten uit deze cijfers, omdat het geloof van de Israëlische
meerderheid net zo is als geloof in andere westerse landen. Slechts 27 procent gelooft dat God
hen zal straffen omdat ze zijn geboden niet zelf naleven, hoewel twee keer zoveel mensen geloven
dat de geboden van goddelijke oorsprong zijn.” Als we hieruit besluiten dat men iets religieuzer is
geworden dan in 1948, waarom heb ik nog kritiek. Wel het gaat in Romeinen 11 om Israëlieten
die CHRISTENEN WORDEN. Wat dispensationalisten zeggen is dus niet wat in overeenstemming is
met de gedachte van Paulus aan de Romeinen.

Ik heb daarover nog een vraag: het knesset doet er alles aan om het christenen in Israël
moeilijk te maken. Wie er het meest onder te lijden heeft zullen wel de Messias belijdende
christenen zijn. Het wereldlijk Israël voert oorlog tegen het ware volk van God! Vervolging van het
“ware Israël” zoals we het ook zien in het boek Handelingen, dus het is allemaal niet nieuw. Het is
een oud zeer! Waar gaat het naartoe met het gewone volk in Israël: naar belijdenis en wat
hebben we gedaan! Of is hun handelswijze deze die naar veroordeling door God zal leiden?
Persoonlijk denken we het laatste. Dat God er nog veel kan bekeren, véél, véél, véél qua
aantallen: dat wil ik wel geloven maar daar hebben we Romeinen 11 niet voor nodig.

Wat we er positief kunnen over zeggen is dit: God neemt STEEDS het initiatief. Een prachtig
voorbeeld is wat er gebeurde bij de eerste prediking tot de heidenen. Hier Handelingen 10:40-48:
 De laatste dagen 20

“40 Deze heeft God opgewekt op de derde dag en Hij heeft gegeven dat Hij zou verschijnen, 41
niet aan heel het volk, maar aan de getuigen die door God tevoren verkozen waren, aan ons na-
melijk, die met Hem gegeten en gedronken hebben, nadat Hij uit de doden opgestaan was. 42 En
Hij heeft ons bevolen tot het volk te prediken en te getuigen dat Hij Degene is Die door God aan-
gesteld is tot een Rechter over levenden en doden. 43 Van Hem getuigen al de profeten dat ieder
die in Hem gelooft, vergeving van zonden ontvangen zal door Zijn Naam. 44 Terwijl Petrus deze
woorden nog sprak, viel de Heilige Geest op allen die het Woord hoorden. 45 En de gelovigen die
van de besnijdenis waren, zovelen als er met Petrus waren meegekomen, waren buiten zichzelf
dat de gave van de Heilige Geest ook op de heidenen uitgestort werd, 46 want zij hoorden hen
spreken in vreemde talen en God grootmaken. Toen antwoordde Petrus: 47 Kan iemand soms het
water weren, zodat deze mensen, die evenals wij de Heilige Geest ontvangen hebben, niet ge-
doopt zouden worden? 48 En hij beval dat zij gedoopt zouden worden in de Naam van de Heere.
Toen vroegen zij hem enkele dagen bij hen te blijven.”

Neen, het gaat niet goed in de gevestigde kerken, hier wat over The Southern Baptists, ze
verliezen elk jaar tussen de 1 en 1,3 procent van hun leden voor het tiende jaar al : geen goed
nieuws. https://www.csmonitor.com/USA/Society/2016/0610/Southern-Baptists-face-a-familiar-
trend-emptier-pews Maar ze zijn niet ongelovig geworden! Echter in veel gevallen, naar een niet
confessionele kerk gegaan, ook Pinsterkerken. Niet zo positief. Maar als we naar de statistieken
kijken van die Pinkstergelovigen dan valt het op: overal ter wereld vullen ze de leegten op van
dezen die hun kerk verlieten. Ze groeien als “kool” en zijn met uitzondering van de “atheïsten” de
snelst groeiende religieuze groep. Hier een verhaal van een sociologe:

https://pulitzercenter.org/projects/africa-nigeria-pentecostal-christians-holy-spirit-global-religion-
iconography-cartography-data-visualization

Een citaat eruit: “Pentecostal Christians believe that the Holy Spirit is here and now. An estimated
35,000 people join the Pentecostal church each day. Of the world's two billion Christians a quarter
are now Pentecostal—up from 6 percent in 1980.” “Pinksterchristenen geloven dat de Heilige
Geest hier en nu is. Naar schatting treden dagelijks 35.000 mensen toe tot de Pinkstergemeente.
Van de twee miljard christenen ter wereld is een kwart nu Pentecostal, in 1980 was het 6
procent.” Zie ook hier en klik de zaken aan die je graag leest:
http://www.atlasofpentecostalism.net/

Pinksterkerken zijn springlevend, niet mijn persoonlijke meug, maar het is wel zo: ik hoef de
geschiedenisboeken niet te wijzigen om mijn gelijk te halen. Wat leren we eruit: de tijden der
heidenen zijn niet voorbij, dus kan Israël nog niet in “the picture” zijn in de leer van de
Israël was altijd in “the picture” volgens mijn visie en vooral
dispensaties.
sinds Pinksteren zoals beschreven in Handelingen. Wat daar gebeurde is
een wonder van Godswege, daar is een nieuw volk geboren! En ook in Gods
gedachten zijn joden niet verloren als ze zich maar bekeren tot Jezus als Verlosser. Dus ook deze
argumentatie die je gebruikt is niet de volle “waarheid.”
 De laatste dagen 21

EEN SLOTWOORD: uit Johannes 12 enkele woorden. Ik vraag me weleens af of

dezelfde zaken niet gezegd kunnen worden van de dispensationalisten. Ze hebben veel
gezien, weinig begrepen en hun eigen visies laten doorwegen in alles wat Jezus zei en zegt!

Blijvend ongeloof van de Joden

37 Maar hoewel Hij zoveel tekenen in hun bijzijn gedaan had,

geloofden zij niet in Hem;

38 opdat het woord van de profeet Jesaja vervuld werd dat hij gesproken heeft: Heere, wie
heeft onze prediking geloofd en aan wie is de arm van de Heere geopenbaard?

39 Daarom konden zij niet geloven, omdat Jesaja verder gezegd heeft:

40 Hij heeft hun ogen verblind en hun hart verhard, opdat zij niet met de ogen zouden zien
en met het hart inzien en zich bekeren en Ik hen zou genezen.

41 Dit zei Jesaja toen hij Zijn heerlijkheid zag en over Hem sprak.

42 En toch geloofden ook velen van de leiders in Hem, maar vanwege de Farizeeën beleden
zij het niet, opdat zij niet uit de synagoge geworpen zouden worden.

43 Want zij hadden de eer van de mensen meer lief dan de eer van God.

44 Jezus nu riep en zei: Wie in Mij gelooft, gelooft niet in Míj maar in Hem Die Mij gezonden
heeft.

45 En wie Mij ziet, ziet Hem Die Mij gezonden heeft.

46 Ik ben een licht, in de wereld gekomen opdat ieder die in Mij gelooft, niet in de
duisternis blijft.

47 En als iemand Mijn woorden hoort en niet gelooft, veroordeel Ik hem niet, want Ik ben
niet gekomen om de wereld te veroordelen, maar om de wereld zalig te maken.

48 Wie Mij verwerpt en Mijn woorden niet aanneemt, heeft iets wat hem
veroordeelt, namelijk het woord dat Ik gesproken heb; dat zal hem veroordelen op de
laatste dag.

49 Want Ik heb niet uit Mijzelf gesproken, maar de Vader, Die Mij gezonden heeft, Hijzelf
heeft Mij een gebod gegeven wat Ik zeggen en wat Ik spreken moet.

50 En Ik weet dat Zijn gebod eeuwig leven is. Wat Ik dan spreek, spreek Ik zoals de Vader
 De laatste dagen 22

Mij gezegd heeft.

**********

(Detail) Het Brusselse wandtapijt “Het Laatste Oordeel”, dat toebehoort aan het Worcester Art
Museum, kon gerestaureerd worden dankzij het Fonds René en Karin Jonckheere.
Een Brussels product uit de jaren 1500.
De meeste kartons kunnen worden toegeschreven aan de schilder Colyn de Coter.
Die stond aan het hoofd van een groot atelier en liet zich inspireren door de stijl van Rogier van
der Weyden.