You are on page 1of 15

Woordenlijst bij Nederlands op niveau

Hazenberg & Hulstijn-lijst


de 0 2000 meest frequente woorden op alfabetisch volgorde

Deze woordenlijst is gebaseerd op de Hazenberg & Hulstijn-lijst met de 02000 meest frequente woor-
den. De lijst hieronder bevat minder dan 2000 woorden, omdat de dubbele woorden eruit zijn gehaald.
Daarnaast zijn ook woorden als g en i verwijderd.
De woorden in deze lijst staan in alfabetische volgorde. Het cijfer achter het woord geeft de frequentie
aan: hoe hoger het cijfer, hoe minder frequent het woord voorkomt.

Met dank aan Suzanne Hazenberg en Jan Hulstijn (home.medewerker.uva.nl/j.h.hulstijn/).

aan 22 actief 1237 anderzijds 1384


aanbieden 1284 activiteit 750 angst 476
aanbrengen 1524 adem 904 antwoord 398
aandacht 418 adres 1494 antwoorden 401
aanduiden 1593 advies 1506 apart 1513
aangeven 1275 af 106 april 1781
aangezien 1115 afdeling 1164 arbeid 1043
aankomen 959 afhankelijk 1066 arbeider 1244
aanleiding 1074 afkomstig 1673 argument 1407
aannemen 982 aflopen 1684 arm 453
aantal 233 afscheid 1525 art. 1848
aantreffen 1799 afspraak 1415 artikel 547
aantrekkelijk 1908 afstand 630 arts 856
aantrekken 1508 afvragen 1836 aspect 870
aanvaarden 831 afzonderlijk 1350 augustus 1870
aanval 1495 agent 1635 auteur 1283
aanvankelijk 1202 al 71 auto 400
aanwezig 768 aldus 1015 automatisch 1904
aanwijzing 1732 algemeen 342 avond 299
aanzien 1204 allebei 1420 baan 1051
aanzienlijk 1340 alleen 112 baas 1138
aard 601 allemaal 242 baby 988
aarde 545 allen 739 band 1034
aardig 774 allerlei 602 bang 457
aarzelen 1016 alles 141 bank 696
absoluut 1063 als 20 baseren 1348
accepteren 1772 alsof 207 basis 756
ach 1112 althans 905 beantwoorden 1386
acht 993 altijd 125 bed 283
achten 821 alweer 1490 bedenken 896
achter 161 ambtenaar 1302 bedoelen 349
achteraf 1738 analyse 1398 bedoeling 931
achtergrond 1216 ander 63 bedrag 1518
actie 1206 anders 149 bedreigen 1845

1 van 15
Woordenlijst bij Nederlands op niveau

bedrijf 670 beschermen 1058 bewustzijn 1149


beeld 426 bescherming 1884 bezig 452
been 449 beschikbaar 1560 bezit 1229
beest 1880 beschikken 1062 bezitten 617
beetje 290 beschikking 1488 bezoek 813
begin 849 beschouwen 462 bezoeken 1559
beginnen 114 beschouwing 1715 bezorgen 1801
beginsel 1269 beschrijven 582 bezwaar 1038
begrepen 990 beschrijving 1567 bidden 1780
begrijpen 197 besef 1734 bieden 465
begrip 496 beseffen 891 bier 1193
behalve 955 beslissen 1027 bij 32
behandelen 707 beslissing 754 bijdrage 1614
behandeling 797 besluit 994 bijna 205
beheersen 1585 besluiten 661 bijten 1730
behoefte 514 bespreken 1040 bijv. 1465
behoeven 1280 best 1131 bijvoorbeeld 320
behoorlijk 1402 bestaan 181 bijzonder 346
behoren 477 besteden 1165 binden 1605
behulp 1535 bestuderen 1679 binnen 225
beide 325 bestuur 946 binnenkomen 1397
benvloeden 1235 betalen 636 bitter 1776
bekend 319 betekenen 311 blad 697
bekijken 594 betekenis 485 blauw 640
belang 323 beter 662 blazen 1822
belangrijk 198 betreffen 389 blij 769
belangstelling 852 betrekkelijk 1639 blijkbaar 883
beleid 657 betrekken 968 blijken 188
beleven 944 betrekking 566 blijven 81
bellen 787 betrokken 1546 blik 410
beloven 1001 beurt 1126 bloed 656
beneden 674 bevatten 826 bloem 842
beoordelen 1883 bevel 1389 bloot 1326
bepaald 383 bevelen 1868 blz. 1133
bepalen 274 bevestigen 1104 bodem 1541
bepaling 1784 bevinden 629 boek 230
beperken 903 bevolking 940 boer 800
beperking 1864 bevorderen 1417 boodschap 1172
beperkt 1366 bevrijden 1573 boog 1612
bereid 1817 bewaren 1089 boom 579
bereiden 1232 bewegen 563 boord 1586
bereiken 352 beweging 409 boos 1440
berg 1376 beweren 926 boot 1153
bericht 1351 bewijs 1203 bord 1207
beroep 717 bewijzen 967 borst 705
berusten 1405 bewust 572 bos 909

2 van 15
Woordenlijst bij Nederlands op niveau

bouwen 847 conflict 1343 dichter 952


boven 341 consequentie 1789 die 12
bovendien 375 constateren 1317 dienen 318
brand 1661 contact 520 dienst 504
branden 1180 controle 1390 diep 313
breed 609 controleren 1458 dier 461
breken 710 crisis 1843 dik 525
brengen 113 cultureel 1305 dikwijls 747
brief 417 cultuur 805 ding 237
broek 1246 daad 1319 direct 492
broer 619 daar 72 directeur 1327
bron 1191 daarentegen 1352 discussie 1046
brood 1101 daarna 288 dit 53
brug 1453 daarom 265 divers 1290
bruin 1897 daarop 719 doch 667
buigen 1021 dadelijk 1678 dochter 663
buik 1110 dag 104 dode 1842
buiten 348 dagelijks 844 doden 1297
buiten 407 dak 1329 doel 503
buitengewoon 1912 dalen 1381 doelstelling 1385
buitenlands 12 95 dame 884 doen 64
bureau 889 dan 41 dokter 565
burgemeester 1791 dank 986 dollar 1742
burger 941 danken 1434 dom 1510
burgerlijk 1796 dansen 1116 donker 479
bus 1311 dat 16 dood 356
buurt 730 de 1 door 35
ca. 1616 december 1697 doordat 824
caf 1740 deel 228 doordringen 1601
categorie 1549 definitief 1595 doorgaan 1689
cel 1623 degelijk 1917 doos 1905
centraal 682 degene 1813 dorp 580
centrum 1360 deken 1754 dr. 1030
chauffeur 1613 delen 1022 draaien 358
christelijk 1177 democratie 1598 dragen 301
Christus 1298 den 459 drank 1899
clint 1383 denken 75 dreigen 1125
cm 1624 der 295 drie 182
collega 1198 derde 518 drijven 983
combinatie 1574 dertig 1218 dringen 653
commissaris 1468 detail 1646 drinken 519
commissie 1161 deur 235 dromen 1171
communicatie 1921 deze 47 droog 1197
computer 1537 dezelfde 307 droom 665
conclusie 987 dicht 403 druk 817
concreet 1243 dichtbij 1406 drukken 541

3 van 15
Woordenlijst bij Nederlands op niveau

dubbel 1353 elkaar 119 fles 711


duidelijk 193 emotie 1640 flink 1123
duiken 1628 emotioneel 1676 fluisteren 858
duivel 1637 en 3 formuleren 1568
dun 1762 energie 1259 foto 748
duren 564 enerzijds 1786 fout 1504
durven 635 Engels 899 fraai 1892
dus 127 enig 262 functie 524
duur 1262 enigszins 1084 functioneren 1114
duwen 1005 enkel 173 fundamenteel 1499
dwars 1674 enorm 745 gaan 37
dwingen 956 enz. 1247 gang 448
echt 229 er 21 gast 1346
echter 166 erbij 1099 gat 796
echtgenoot 1653 erg 210 gauw 660
economie 1895 ergens 530 gebaar 1026
economisch 584 erkennen 1600 gebeuren 234
een 4 ernstig 592 gebeurtenis 915
eenheid 1097 erop 600 gebied 345
eenmaal 516 ervaren 914 geboorte 1731
eens 103 ervaring 488 geboren 928
eenvoudig 521 eten 431 gebouw 902
eenzaam 1591 eten 773 gebrek 1000
eer 1891 even 132 gebruik 393
eerder 379 evenals 965 gebruikelijk 1603
eerlijk 1119 eveneens 781 gebruiken 216
eerst 194 evenmin 1118 gedaan 517
eerste 110 eventueel 950 gedachte 310
eeuw 369 evenwel 1330 gedeelte 1163
eeuwig 1373 evenwicht 1696 gedeeltelijk 1668
effect 900 experiment 1497 gedicht 1252
ei 1146 extra 1068 gedrag 567
eigen 129 fabriek 1703 gedragen 1514
eigenaar 1825 factor 846 gedurende 793
eigenlijk 257 familie 593 geef 894
eigenschap 1222 fase 1081 geel 1333
eiland 1003 feest 1263 geen 55
eind 550 feit 249 geest 424
eindelijk 637 feitelijk 1515 geestelijk 1143
eindeloos 1675 fel 1255 geestelijke 1876
eindigen 1555 fiets 1552 gegeven 648
eis 973 figuur 873 geheel 314
eisen 1408 fijn 865 geheim 1250
elders 1526 film 749 geheugen 1840
element 823 filosofie 1667 gehouden 1088
elk 162 financieel 1230 gek 695

4 van 15
Woordenlijst bij Nederlands op niveau

geld 303 gezag 1135 half 338


gelden 421 gezamenlijk 1804 hals 1332
geleden 758 gezellig 1839 hand 97
geleerd 1838 gezelschap 1208 handel 1276
gelegen 1837 gezet 1654 handelen 764
gelegenheid 759 gezicht 177 handeling 1236
geleidelijk 1457 gezien 470 handhaven 1633
gelijk 581 gezin 741 hangen 309
geloof 948 gezond 979 hanteren 1306
geloven 269 gezondheid 1712 hard 363
geluid 561 gij 1150 hart 445
geluk 753 gisteren 1650 h 1141
gelukkig 481 glanzen 1739 hebben 10
gemak 1763 glas 546 heel 131
gemakkelijk 475 glijden 1031 heen 213
gemeen 1866 glimlach 1014 heer 392
gemeenschap 1102 glimlachen 498 Heer 613
gemeenschappelijk 1592 god 1331 heerlijk 1105
gemeente 1050 God 286 heersen 1285
generaal 1215 godsdienst 1455 heet 1530
generatie 1539 goed 61 heffen 1399
genezen 1820 goederen 1562 heilig 1412
genieten 808 goedkoop 1685 heilige 1882
genoeg 284 golf 1251 helaas 1777
gering 933 gooien 735 helder 969
geschieden 1431 gordijn 1666 helemaal 222
geschiedenis 583 gouden 1261 helft 951
gesloten 1647 graag 322 helpen 308
gesprek 536 gras 1225 hem 38
gestalte 1606 greep 1428 hemel 785
gesteld 864 grens 715 hen 158
geur 1108 grijpen 814 herhalen 1142
gevaar 685 grijs 943 herinneren 463
gevaarlijk 1048 groei 1256 herinnering 839
geval 165 groeien 576 herkennen 738
gevangenis 1727 groen 1477 herstellen 1642
geven 79 groep 268 het 5
gevoel 336 grond 250 heten 460
gevolg 365 grondslag 1475 hetgeen 841
geweer 1643 groot 83 hetzelfde 437
geweld 1338 gulden 1314 heuvel 1423
geweldig 1529 gunstig 1371 hevig 1450
gewicht 1771 ha 1632 hier 89
gewoon 271 haar 28 hij 11
gewoonlijk 1094 haast 958 historisch 1064
gewoonte 1312 halen 212 hoe 80

5 van 15
Woordenlijst bij Nederlands op niveau

hoed 1805 ineens 922 jurk 1766


hoek 716 informatie 731 kaart 887
hoeveel 918 ingaan 1599 kaas 1410
hoeveelheid 984 ingewikkeld 1630 kader 1156
hoeven 347 inhoud 920 kalm 1553
hoewel 357 inhouden 1611 kamer 240
Holland 1755 initiatief 1775 Kamer 272
hond 493 inmiddels 1270 kamp 1758
honderd 1036 innemen 1770 kans 412
honger 1484 innerlijk 1500 kant 293
hoofd 164 inrichting 1810 kantoor 1162
hoofdstuk 596 instantie 1531 kapitein 809
hoog 220 instelling 1100 kapot 1881
hoogte 654 instrument 1569 karakter 647
hoop 709 integendeel 1878 kast 1578
hoor 569 interessant 1127 kat 1078
hopen 624 interesseren 1443 katholiek 1293
horen 124 internationaal 999 keel 1233
hotel 859 intussen 1134 keer 192
houden 91 invloed 444 kenmerk 1454
houding 684 inzake 1846 kenmerken 1582
hout 1548 inzicht 794 kennelijk 1096
huid 906 ja 153 kennen 174
huidig 991 jaar 88 kennis 474
huilen 743 jagen 1470 kerel 1239
huis 146 jammer 1889 keren 604
huisarts 1809 Jan 673 kerk 405
hulp 680 januari 1705 kern 1721
hun 54 jas 1516 keuken 833
hut 1918 je 24 keuze 953
huwelijk 804 jeugd 1210 kiezen 473
ideaal 1767 jezelf 1442 kijken 85
idee 387 Jezus 1205 kilometer 1185
ie 1910 jij 172 kind 102
ieder 181 jong 273 kist 1682
iedereen 304 jongeman 1803 klaar 642
iemand 186 jongen 244 klacht 1690
iets 109 jongens 626 klant 1492
ik 9 jood 1175 klap 1580
immers 451 jou 397 klas 1570
in 7 jouw 879 klasse 1841
inderdaad 471 juffrouw1717 klassiek 1671
indien 570 juist 223 kleden 1429
individu 1024 juli 1743 kleed 1315
individueel 935 jullie 326 klein 175
indruk 540 juni 1768 kleine 350

6 van 15
Woordenlijst bij Nederlands op niveau

kleren 1745 lang 98 literair 1879


kleur 539 langs 324 literatuur 1098
klimmen 1511 langzaam 419 logisch 1716
klinken 440 last 1069 loop 772
kloppen 777 laten 69 lopen 115
knap 1589 later 169 los 456
knie 927 leeftijd 776 lot 1378
knikken 502 leeg 639 lucht 464
koel 1374 leer 1736 luid 1318
koffer 1522 leerling 1322 luiden 1480
koffie 721 leger 1086 luisteren 441
koken 1325 leggen 201 luitenant 1694
kolonel 1170 leiden 327 lukken 981
komen 39 Leiden 587 mn 898
koning 798 leider 1091 maag 1865
koningin 1818 leiding 1077 maal 693
kop 588 lekker 923 maan 1183
kopen 505 lelijk 1798 maand 367
kort 253 leraar 1056 maar 23
kost 853 leren 255 maart 1729
kosten 930 letten 1071 maat 1851
koud 586 letter 1718 maatregel 1166
kracht 390 leuk 835 maatschappelijk 472
krachtig 1176 leunen 1523 maatschappij 669
krant 679 leven 145 machine 1253
krijgen 93 leveren 623 macht 438
kring 942 lezen 280 mager 1563
kritiek 1057 lezer 1140 maken 56
kritisch 1617 lichaam 292 makkelijk 1747
kruipen 1148 lichamelijk 1219 mama 1722
kruis 1901 licht 312 man 86
kunnen 26 lichten 1648 manier 236
kunst 806 lid 364 manieren 1802
kunstenaar 1785 lief 641 markt 1136
kussen 1358 liefde 487 massa 1334
kust 1432 liefst 1749 mate 537
kwaad 919 liever 1267 materiaal 1339
kwaliteit 1017 liggen 101 me 65
kwestie 947 lijden 489 mede 1018
kwijt 1396 lijf 1254 medisch 1103
laag 478 lijk 1888 mee 142
laat 130 lijken 159 meebrengen 1885
laatst 306 lijn 763 meemaken 1544
lachen 282 lijst 1704 meenemen 1414
land 206 links 869 meer 50
landschap 1587 lip 736 meestal 433

7 van 15
Woordenlijst bij Nederlands op niveau

meester 1012 mogen 134 niettemin 1584


mei 1226 moment 287 nieuw 126
meisje 246 mompelen 1273 niks 882
melden 1769 mond 372 niveau 757
melk 1482 mooi 248 noch 608
men 66 moord 1680 nodig 200
meneer 406 morgen 742 noemen 196
menen 512 motief 1701 nog 34
mening 732 motor 1528 nogal 595
mens 76 mr. 1849 noodzaak 1887
menselijk 443 museum 1292 noodzakelijk 760
merken 384 muur 559 nooit 120
merkwaardig 1341 muziek 689 noorden 1728
mes 1827 na 87 norm 1152
met 14 naakt 1461 normaal 606
meteen 394 naam 211 nou 329
meter 671 naar 29 november 1788
methode 734 naarmate 1355 nu 82
mevrouw 497 naast 245 nummer 1065
mezelf 1080 nacht 321 nuttig 1871
middag 1095 nadat 513 o.a. 1619
middel 377 nadenken 1833 object 1746
midden 924 naderen 1441 ochtend 975
mij 68 nadruk 1483 oefenen 1853
mijn 45 namelijk 574 of 31
mijnheer 1764 nat 1260 officieel 1137
milieu 1575 nationaal 875 officier 1107
militair 1013 natuur 855 ofschoon 1872
miljoen 1188 natuurlijk 176 ogenblik 415
min 578 nauw 1323 oktober 1790
minister 718 nauwelijks 436 olie 1456
minstens 1774 nauwkeurig 1596 om 27
minuut 484 Nederlands 425 omdat 100
misschien 140 nee 238 omgeving 621
missen 822 neer 542 omhoog 646
model 799 negatief 1409 omschrijven 1873
modern 751 negen 1501 omstandigheid 605
moe 1347 neiging 1444 omtrent 1310
moed 1505 nek 1277 omvang 1368
moeder 150 nemen 96 omvatten 1649
moeilijk 296 nergens 974 ondanks 634
moeilijkheid 827 net 208 onder 95
moeite 556 neus 786 onderdeel 1106
moeten 43 niemand 264 ondergaan 1411
mogelijk 160 niet 13 onderling 1147
mogelijkheid 376 niets 122 onderneming 1047

8 van 15
Woordenlijst bij Nederlands op niveau

onderscheid 1485 opleiding 1299 papier 708


onderscheiden 1313 opleveren 1607 paragraaf 1538
onderwerp 851 oplossen 1336 partij 486
onderwijs 509 oplossing 820 partner 1860
onderzoek 408 opmerken 1174 pas 355
onderzoeken 837 opmerking 1129 passen 560
ongeluk 1502 opnemen 704 passeren 1699
ongetwijfeld 1272 opnieuw 373 pastoor 1773
ongeveer 526 oprichten 1847 patint 618
onmiddellijk 548 opstaan 1602 patroon 1634
onmogelijk 788 opstellen 1496 per 334
ons 57 optreden 1753 periode 597
ontbreken 874 optreden 932 pers 1823
ontdekken 535 opvallen 1451 personeel 1830
ontkennen 1765 opvatting 622 persoon 435
ontmoeten 683 opvoeding 1913 persoonlijk 551
ontmoeting 1826 opzicht 614 persoonlijkheid 1430
ontsnappen 1651 opzij 1387 peter 880
ontstaan 328 orde 522 pijn 544
ontvangen 746 ordening 1686 pijnlijk 1662
ontwerpen 1733 orgaan 1641 plaat 1893
ontwikkeld 1752 organisatie 615 plaats 137
ontwikkelen 643 organiseren 1631 plaatselijk 1669
ontwikkeling 330 oud 183 plaatsen 1035
onvermijdelijk 1659 ouder 388 plaatsvinden 1234
onverwacht 1829 over 44 plan 414
oog 117 overal 591 plant 910
ooit 396 overeenkomst 1550 plegen 1220
ook 30 overeind 1195 plek 878
oom 724 overgaan 1713 plezier 1211
oor 725 overheid 628 plotseling 468
oordeel 1006 overig 1811 poging 726
oorlog 430 overigens 598 politie 832
oorspronkelijk 1059 overkomen 1710 politiek 343
oorzaak 727 overleg 1625 poos 1626
oosten 1877 overnemen 1890 poot 1856
op 15 overtuigen 1092 positie 737
opdat 1906 overtuiging 1489 positief 1083
opdracht 890 overwegen 1695 pot 1850
opeens 620 overweging 1915 prachtig 714
open 258 paar 180 praktijk 784
openbaar 1117 paard 529 praktisch 966
openen 694 pad 1227 praten 256
operatie 1854 pak 1245 precies 370
ophouden 1199 pakken 491 president 1471
opkomen 1436 papa 1852 prettig 1248

9 van 15
Woordenlijst bij Nederlands op niveau

priester 1622 reis 815 schenken 886


prijs 771 rekenen 867 scheppen 897
principe 1008 rekening 700 scherp 691
prins 1130 relatie 495 schieten 533
proberen 209 relatief 1547 schijnen 362
probleem 259 rennen 895 schikken 1576
procent 1288 rest 687 schilderen 1491
proces 506 restaurant 1652 schip 698
produceren 1344 resultaat 603 schoen 1139
product 913 revolutie 1354 school 344
productie 1364 richten 429 schoon 1214
professor 1433 richting 420 schoonheid 1706
programma 1087 rij 1010 schoot 1834
project 1911 rijden 411 schouder 439
provincie 1644 rijk 1192 schreeuwen 740
psychologie 1217 Rijk 862 schrijven 203
psychologisch 1532 riks 1473 schrijver 666
psycholoog 1816 risico 1466 schrikken 907
publiceren 1579 rivier 1111 schudden 645
publiek 996 roepen 247 schuiven 767
punt 399 roken 1445 schuld 830
raad 573 rol 395 seconde 1189
raam 483 rollen 1478 sector 1672
radio 1435 roman 937 seksueel 1132
raken 382 rond 611 september 1691
rand 901 rood 557 serieus 1711
rapport 1145 rook 1157 sfeer 1190
reactie 778 roze 1819 sigaret 1049
reageren 807 rug 467 simpel 1858
realiseren 1301 ruiken 1855 sinds 599
recht 360 ruim 733 situatie 371
rechter 1055 ruimte 553 slaaf 1725
rechts 1807 ruimtelijk 1168 slaan 266
rechtstreeks 1507 rukken 1909 slaap 916
redden 1061 rust 912 slaapkamer 1737
rede 1869 rusten 1281 slachtoffer 1438
redelijk 1304 rustig 515 slag 1181
reden 378 ruzie 1723 slagen 938
reeds 305 s 302 slapen 402
reeks 1287 samen 277 slecht 450
regel 575 samenleving 676 slechts 218
regelen 1296 samenwerking 1467 sleutel 1509
regeling 1380 schaal 1357 slikken 1520
regelmatig 1178 schade 1874 slot 1075
regen 1379 schaduw 1076 sluiten 427
regering 688 scheiden 1557 smaak 1007

10 van 15
Woordenlijst bij Nederlands op niveau

smal 1073 steun 1303 technisch 1082


sneeuw 1900 steunen 1286 tegelijk 782
snel 231 stevig 1001 tegelijkertijd 1154
snelheid 1862 stijf 1894 tegemoet 1800
snijden 1213 stijgen 992 tegen 74
sociaal 359 stijl 1517 tegenover 386
socialistisch 1750 stil 501 tegenstander 1916
soldaat 706 stilte 792 tegenstelling 1004
somber 1859 stoel 552 tegenwoordig 834
sommige 490 stof 783 teken 872
soms 190 stoppen 723 tekenen 1231
soort 217 storten 1719 tekst 925
spannen 1472 stoten 1778 telefoon 929
spanning 1042 straat 434 televisie 1610
speciaal 616 straf 1590 telkens 779
specifiek 1370 strak 1294 tellen 1109
spel 699 straks 970 ten 139
spelen 232 strand 1464 tenminste 713
spiegel 1469 streek 976 tenslotte 442
spijten 1328 strekken 1627 tenzij 1609
spoedig 1159 strelen 1618 ter 270
spoor 1053 streng 1335 terecht 775
spreken 151 streven 1481 term 888
springen 672 strijd 658 termijn 1533
sprong 1863 stromen 1756 terras 1832
staan 60 stroom 1583 terrein 795
staat 294 structuur 936 terug 156
stad 267 student 1542 terugkeren 1258
stadium 1658 studeren 1844 terugkomen 1209
stand 590 studie 866 terwijl 147
standpunt 1356 stuk 316 tevens 836
stap 644 sturen 791 tevoren 1121
stappen 664 stuur 1693 tevreden 1158
staren 819 succes 850 thans 1060
station 1663 suiker 1861 thee 1462
steeds 136 symbool 1681 theoretisch 1814
steek 1797 systeem 500 theorie 655
steen 677 taak 554 thuis 381
steken 333 taal 534 tien 454
stellen 144 tafel 340 tiental 1812
stem 278 tak 1391 tijd 92
stemmen 1565 tamelijk 1581 tijdelijk 1608
stemming 1656 tand 885 tijdens 317
ster 1249 tante 766 tijdschrift 1902
sterk 226 te 8 tikken 1914
sterven 543 techniek 1223 titel 1421

11 van 15
Woordenlijst bij Nederlands op niveau

toch 77 uit 58 vaststellen 978


tocht 1821 uitdrukking 917 vatten 1709
toe 116 uiteindelijk 755 vechten 1224
toegeven 1741 uiteraard 908 veel 59
toekomst 612 uiterst 1037 veelal 1620
toekomstig 1898 uitgaan 1045 vegen 1795
toen 78 uitgangspunt 1638 veilig 989
toenemen 1041 uitgesproken 1566 veld 1345
toepassen 1615 uiting 1714 velen 143
toepassing 1023 uitkomen 1670 vent 1857
toestand 722 uitleggen 1759 ver 163
toevallig 1200 uitmaken 1720 veranderen 353
toevoegen 1824 uitoefenen 1424 verandering 558
tonen 607 uitsluiten 1291 verantwoordelijk 1698
tong 1394 uitsluitend 1020 verantwoordelijkheid 1221
toon 877 uitspraak 972 verbaasd 1751
top 1519 uitspreken 1503 verband 458
tot 48 uitstekend 1201 verbazen 1173
totaal 625 uitvoeren 911 verbazing 1664
totdat 1369 uitvoerig 1835 verbergen 1052
traag 1597 uitvoering 1665 verbeteren 1794
traan 1009 uitzien 1309 verbieden 1787
trachten 752 uitzondering 1349 verbinden 1113
traditie 1521 universiteit 1079 verbinding 1724
traditioneel 1487 uur 202 verdedigen 1486
trap 686 uw 239 verdelen 1903
treden 692 vaag 995 verder 285
treffen 876 vaak 189 verdienen 863
trein 963 vader 155 verdieping 1907
trek 1321 vak 1460 verdriet 1400
trekken 185 vakantie 1388 verdwijnen 337
trillen 1404 vallen 148 vereisen 1493
troep 1779 van 2 verenigen 861
trots 1534 vanaf 585 vereniging 1527
trouwen 840 vanavond 1448 vergadering 1274
trouwens 610 vandaag 675 vergelijken 945
tuin 668 vandaan 1085 vergelijking 1708
tussen 105 vandaar 1498 vergeten 571
twaalf 1307 vangen 964 verhaal 354
twee 99 vanuit 385 verhouding 681
tweede 243 vanwege 1029 verkeerd 1120
twijfel 1011 vanzelf 1479 verkeren 1067
twintig 857 vanzelfsprekend 1446 verklaren 650
type 1044 varen 1264 verklaring 811
typisch 1512 vast 261 verkopen 780
u 67 vasthouden 1677 verkrijgen 1367

12 van 15
Woordenlijst bij Nederlands op niveau

verlangen 825 verwachten 428 voor 19


verlaten 728 verwachting 1266 vooral 195
verleden 812 verwerken 1393 voorbeeld 368
verlenen 1268 verwerven 1621 voorbereiden 1757
verlies 1793 verwijderen 1536 voorbij 678
verliezen 510 verwijzen 1687 voordat 577
verlopen 1645 verzamelen 1238 voordeel 1124
verloren 1324 verzet 1257 voordoen 1437
vermelden 985 verzoek 1316 voorhoofd 1426
vermijden 1447 vestigen 1558 voorkeur 1212
verminderen 1760 via 446 voorkomen 555
vermoedelijk 1748 vier 351 voorlopig 997
vermoeden 1169 vierde 1744 voornaam 1382
vermogen 1655 vijand 1265 voornamelijk 1342
vermoorden 1571 vijf 466 voorschijn 1401
vernietigen 1688 vijftien 1867 voorstel 980
veronderstellen 1289 vijftig 1362 voorstellen 651
veroorzaken 790 vinden 84 voorstelling 1564
verrichten 957 vinger 531 voort 843
verschaffen 1604 vis 1054 voortdurend 1194
verscheidene 1875 visie 1425 voorts 1636
verschijnen 482 vlak 729 vooruit 1422
verschijnsel 789 vlees 960 voorwaarde 961
verschil 480 vliegen 802 voorwerp 1363
verschillen 422 vliegtuig 1452 voorzichtig 744
verschillend 508 vloer 1155 voorzien 1392
verschillende 289 vlucht 1320 voorzitter 1561
verschrikkelijk 1300 vluchten 1726 voren 701
verslag 1828 vlug 828 vorig 810
verspreiden 1782 vochtig 1700 vorm 260
verstaan 860 voedsel 1167 vormen 315
verstand 1474 voegen 871 vorming 1735
verstandig 1702 voelen 135 vraag 184
versterken 1413 voeren 494 vragen 121
verte 1361 voet 380 vrede 1449
vertegenwoordigen 1896 vogel 829 vreemd 532
vertellen 170 vol 221 vreemde 1242
vertonen 762 voldoen 1463 vreselijk 1427
vertrek 1196 voldoende 589 vreugde 1761
vertrekken 633 volgen 171 vrezen 1403
vertrouwen 962 volgend 499 vriend 298
vervangen 1271 volgens 291 vriendelijk 868
vervelen 1831 volk 538 vriendin 1070
vervolgen 1657 volkomen 803 vrij 331
vervolgens 631 volledig 507 vrijheid 638
vervullen 1033 volstrekt 1554 vrijwel 854

13 van 15
Woordenlijst bij Nederlands op niveau

vroeg 275 wens 1187 zaal 1418


vroeger 374 wensen 838 zacht 432
vrolijk 1182 wereld 191 zachtjes 1375
vrouw 108 wereldoorlog 1815 zak 703
vrouwelijk 1692 werk 157 zaken 416
vrucht 1919 werkelijk 423 zakken 1144
vullen 1019 werkelijkheid 549 zand 1359
vuur 770 werken 219 zat 215
waar 227 werking 1032 ze 18
waard 1160 werknemer 1572 zee 568
waarde 527 werpen 690 zeer 178
waarheid 712 westen 1365 zeggen 40
waarnemen 1308 westers 1792 zeker 167
waarom 179 wet 455 zekerheid 1072
waarschijnlijk 413 weten 70 zelden 893
waarschuwen 1228 wetenschap 632 zelf 123
wachten 251 wetenschappelijk 702 zelfs 133
wagen 1240 wezen 128 zenden 1806
wakker 765 wie 138 zes 627
wand 1683 wiens 1416 zetten 214
wandelen 1279 wij 90 zeven 934
wang 1151 wijd 1439 zich 33
wanneer 154 wijn 366 zichtbaar 939
want 118 wijze 276 zichzelf 254
wapen 1093 wijzen 339 ziek 881
warm 528 wil 1128 ziekenhuis 845
warmte 1594 wild 1660 ziekte 652
wassen 1377 wilde 1122 ziel 1025
wat 36 willen 62 zien 51
water 241 wind 720 zij 46
we 49 winkel 1278 zijde 954
week 300 winnen 977 zijn 6
weer 73 winst 1588 zin 252
weg 199 winter 1179 zingen 801
wegens 1459 wisselen 1886 zit 332
weggaan 1540 wit 279 zitten 94
weigeren 949 woede 1186 zo 42
weinig 297 wolk 1556 zon 187
weinig 523 wonder 1419 zoals 107
wekken 1039 wonen 391 zodanig 1476
wel 52 woning 1543 zodat 281
weliswaar 998 woord 152 zodra 848
welk 224 worden 17 zoeken 263
wellicht 1028 wrijven 1577 zoet 1551
wenden 1241 zn 562 zogenaamd 892
wennen 1395 zaak 204 zolang 921

14 van 15
Woordenlijst bij Nederlands op niveau

zomaar 1783 zorgvuldig 1282 zuster 761


zomer 971 zoveel 335 zwaaien 1372
zon 1629 zover 818 zwaar 361
zondag 1808 zowel 404 zwak 1090
zonde 1707 zozeer 1920 zwart 511
zonder 111 zuchten 1337 zwarte 816
zoon 447 zuiden 1545 zwijgen 649
zorg 659 zuiver 1184
zorgen 469 zullen 25

15 van 15

You might also like