Derde graad bso: kantoor

Vak: Zakelijke communicatie Nederlands

Begincompetenties
(wat moet je als kandidaat kennen en kunnen voordat je dit vak begint te studeren?)

1. inzicht hebben in gepaste stijl en taalregister 2. inzicht hebben in bouw en structuur van zakelijke teksten; OVUR-strategie kunnen hanteren 3. kennis van verzorgd en correct taalgebruik; correcte spelling; correcte zinsbouw 4. zakelijke teksten kunnen analyseren

Leerdoelen
(welke doelstellingen worden in het leerplan omschreven voor dit vak?)

1. weten wat zakelijke communicatie inhoudt 2. zich aanpassen aan de huisstijl en de bedrijfscultuur van een bedrijf 3. contactbereidheid 4. met orde en nauwkeurigheid efficint werken; hierbij zin voor verantwoordelijkheid tonen 5. een opdracht correct uitvoeren, met aandacht voor normen en conventies 6. een vlotte stijl verwerven 7. zin voor organisatie tonen

April 2012

Zakelijke communicatie Nederlands

Derde graad bso: kantoor

Leerinhouden
(welke leerstof moet je als kandidaat opzoeken om dit vak te studeren?)

Algemeen: het verschil tussen formele en informele communicatie kennen en de regels toepassen in de daarmee overeenstemmende situaties.

Mondelinge communicatie

1. verwelkoming, onthaal, doorverwijzing van bezoekers op klantvriendelijke wijze organiseren 2. de kenmerken van een keurige presentatie kennen, toepassen en analyseren 3. mededeling voor antwoordapparaat, voicemail verwoorden 4. reservatiegesprekken (reizen, zakenlunch, vergaderlokalen) voeren 5. een telefoongesprek voorbereiden (o.a. informatie aanvragen, klacht indienen en beantwoorden) en voeren volgens de telefoonetiquette; het telefoonalfabet toepassen (telefoonetiquette: correct begroeten, vragen stellen, notities nemen, beleefd afronden en imagovriendelijk zijn) 6. een verslag stijlvol opmaken 7. de functie van gespreksleider, notulist en van deelnemer tijdens een vergadering of werkoverleg onderscheiden

Schriftelijke communicatie: correspondentie, informatie en organisatie

1. veel voorkomende zakelijke teksten lezen, analyseren en gebruiken: advertenties, folders, brochures, digitale teksten (website en intranet), presentatiedias (Powerpoint, Prezi,), gebruiksaanwijzingen en handleidingen (telefooncentrale, fax, fotokopieertoestel, computersoftware), richtlijnen (bv. evacuatieplannen) en reglementen 2. memos, mededelingen, e-mails, advertenties en berichten aan prikbord opstellen 3. formulieren en contracten analyseren en invullen (invuldocumenten, enqutes, antwoordkaarten en checklists)

4. op basis van een concrete situatieschets een bouwplan of tekstschema voor informatieve brieven opstellen:

April 2012

Zakelijke communicatie Nederlands

Derde graad bso: kantoor

iets bestellen; informatie geven/vragen over een product of dienst; informatie ontvangen, doorgeven en opzoeken; een afspraak, overeenkomst, reservatie, bevestigen; een klacht behandelen; een uitnodiging schrijven voor een vergadering.

5. de planningsagenda van een vergadering bijhouden 6. op basis van een advertentie een sollicitatiebrief met cv opstellen 7. de betekenis van gangbare zakelijke termen geven

Opmerking: alle brieven moeten opgesteld worden volgens de Belgische en Nederlandse normen en afspraken (NBN)

Bibliografie / studiemateriaal / lectuurlijst

(welke handboeken kun je gebruiken om de leerinhouden te studeren?)

VERHELST, M., CREQUIE, C., Nedweb 5 en 6 Zakelijke Communicatie editie 2.0 leerwerkschrift, uitgeverij Van In SOLLIE, L., JANSSENS, H., ZO spel je ZOO oefenboek 3 en Spelling Vademecum, uitgeverij Van In NBN Z 01-002 (vroeger BIN-norm)

Opdrachten, taken, werkjes,

(Welke opdracht, taak of werkje moet je maken voor dit vak en hoe wordt dit gevalueerd?)

Niet van toepassing.

April 2012

Zakelijke communicatie Nederlands

Derde graad bso: kantoor

Verloop en evaluatie examen

(hoe verloopt het examen en hoe ziet de evaluatie eruit?)

Het examen verloopt schriftelijk. De kandidaat brengt zelf schrijfgerief mee. De individuele prestatie van de kandidaat wordt beoordeeld op basis van vooropgestelde criteria. Er wordt nagegaan of de kandidaat de vooropgestelde competenties behaalt.

Voorbeeldvragen en oefeningen
(hier vind je enkele voorbeeldvragen / oefeningen)

de NBN-norm kennen en toepassen (lay-out, alineas,) zakelijke termen met eigen woorden duidelijk en volledig verklaren typebrieven volgens opgave keurig uitschrijven ingaan op een jobadvertentie gangbare afkortingen uit het bedrijfsleven kennen en voluit schrijven zakelijke teksten lezen, analyseren, schematiseren de betekenis van zakelijke termen afleiden uit hun context inhoud ordenen volgens verwijswoorden, signaalwoorden en die ook zelf gebruiken

April 2012

Zakelijke communicatie Nederlands