Discover millions of ebooks, audiobooks, and so much more with a free trial

Only $11.99/month after trial. Cancel anytime.

Gevaarlijke Liefde - Lorenzo: Gevaarlijke Liefde serie, #2
Gevaarlijke Liefde - Lorenzo: Gevaarlijke Liefde serie, #2
Gevaarlijke Liefde - Lorenzo: Gevaarlijke Liefde serie, #2
Ebook194 pages2 hours

Gevaarlijke Liefde - Lorenzo: Gevaarlijke Liefde serie, #2

Rating: 0 out of 5 stars

()

Read preview

About this ebook

Op negentienjarige leeftijd ontmoette Marina de liefde van haar leven. Toen ze erachter kwam dat hij een gevaarlijk leven leidde, kon ze niets anders dan hem laten gaan.

Een beslissing waar ze tot op de dag van vandaag spijt van heeft.

Ze maakte een nog grotere fout door te vluchten in de armen van John, een man van wie ze dacht dat hij veilig was. Niets bleek minder waar. De relatie eindigde met John achter de tralies vanwege zijn gewelddadige gedrag.

Als John uiteindelijk weer op vrije voeten komt en haar en haar zoontje Madz bedreigt, besluit ze dat het tijd wordt om een drastische maatregel te nemen. Ze neemt Madz mee naar Chicago in de hoop dat ze daar rustig kan nadenken over haar volgende stappen.

Haar leven neemt een onverwachte wending als ze in Chicago een oude bekende tegen het mooie lijf loopt. Al snel realiseert Marina zich dat ook in Chicago gevaar op de loer ligt en dat ze haar verleden niet zo makkelijk kan ontvluchten.

LanguageNederlands
PublisherRose Winter
Release dateJul 9, 2018
ISBN9781540196958
Gevaarlijke Liefde - Lorenzo: Gevaarlijke Liefde serie, #2

Read more from Rose Winter

Related to Gevaarlijke Liefde - Lorenzo

Titles in the series (3)

View More

Related ebooks

Related articles

Related categories

Reviews for Gevaarlijke Liefde - Lorenzo

Rating: 0 out of 5 stars
0 ratings

0 ratings0 reviews

What did you think?

Tap to rate

Review must be at least 10 words

    Book preview

    Gevaarlijke Liefde - Lorenzo - Rose Winter

    Gevaarlijke Liefde

    Lorenzo

    Boek 2 van de Gevaarlijke Liefde serie

    Rose Winter

    Copyright: Rose Winter 2018

    Alle rechten voorbehouden

    Cover ontwerp: Rose Winter

    www.rosewinterbooks.com

    nieuwsbrief: https://tinyletter.com/RoseWinter

    De serie Gevaarlijke Liefde bestaat uit de volgende delen:

    1: Gevaarlijke Liefde 1 Luciano

    2: Gevaarlijke Liefde 2 Lorenzo

    3: Gevaarlijke Liefde 3 Emilio (verwacht in november 2018)

    Lees ook van dezelfde schrijfster:

    De serie ‘In je dromen’: (E-book en paperback)

    1: Wilde dromen

    2: Hete dromen

    3: Stoute dromen

    De serie ‘Verliefd, Verloofd, Getrouwd’: (E-book en paperback)

    1: Verliefd!

    2: Verloofd!?

    3: Getrouwd?

    1

    Het is al laat als ik moe maar voldaan op de bank plof. Madz slaapt eindelijk. Ik zet de televisie aan, pak mijn iPad en kijk nieuwsgierig of er nog leuke films aan het aanbod van Netflix zijn toegevoegd. Mijn ogen blijven hangen bij de afbeelding van een romantische film. De acteur op de foto doet me aan iemand denken.

    Goede herinneringen.

    Ik zet een kop thee en start de film. Als de hoofdrolspeler in beeld verschijnt, zie ik het meteen. De acteur lijkt in de verste verte niet op hém. De afbeelding in de Netflix app heeft me voor de gek gehouden. Of misschien deed ik dat zelf wel. Ik zucht en besluit de film alsnog uit te kijken als ik denk dat ik buiten een geluid hoor. Voetstappen? Het klinkt dichtbij.

    Ik schuif het gordijn opzij, maar in de straat zie ik niet veel. De straatlantaarns geven verlichting, maar te weinig om de oprit goed te zien.

    Ik ben niet bang uitgevallen, maar sinds ik weet dat John vrijgekomen is ben ik extra op mijn hoede. Een paar dagen geleden viel de brief van het Openbaar Ministerie op de mat, waarin mij in vrij kille bewoording werd medegedeeld dat mijn ex op vrije voeten zou komen. Ook belde zijn zus, Joke, mij er speciaal voor op. Toen John en ik bij elkaar waren, had ik nooit veel contact met haar. Desondanks belde ze. Om me te waarschuwen. Ondanks haar goede bedoelingen had ik liever niets van haar gehoord. Die brief van het OM was al confronterend genoeg.

    Lekker dan. Voor mijn gevoel zit hij nog maar net vast. Wat zijn nou twee jaren op een mensenleven?

    Weer hoor ik dat geluid. Een schrapend en tikkend geluid. Met een ruk trek ik het gordijn van het lange zijraam aan de kant. Er ontsnapt me een gil als ik recht in het bekende bleke gezicht kijk.

    Even maak ik mezelf wijs dat ik droom. Dat ik in slaap ben gevallen op de bank en dat dit niet echt gebeurt. Niets is minder waar.

    John schijnt een zaklamp in mijn ogen. ‘Dag schatje. Blij om me te zien?’

    Ik hou mijn hand voor mijn ogen en trek het gordijn dicht.

    ‘Sorry!’ roept John en hij knipt de zaklamp uit. ‘Stom, veel te fel voor je ogen, natuurlijk. Doe anders even open, dat praat wat makkelijker.’

    Voorzichtig schuif ik het gordijn opzij. Mijn hart bonst in mijn keel. Ik ben niet snel bang, maar deze man zorgt ervoor dat ik het liefst Madz onder mijn arm wil pakken en luid gillend ervandoor wil gaan.

    Maar dat doe ik niet. Mijn achtjarige zoon ligt boven te slapen en ik wil onder geen beding dat hij hier ook maar iets van meekrijgt.

    Ik wijs met mijn duim naar de achterkant van het huis. John knikt en verdwijnt uit mijn zicht. Ik pak in de loop de honkbalknuppel die ik in een hoek van de woonkamer heb staan, sinds ik weet dat John vrij is en loop naar de achterdeur. Mijn mobiele telefoon stop ik in mijn broekzak.

    ‘Doe even open.’ Zijn stem klinkt lief, maar zijn ogen staan leeg. Dan zakt zijn blik naar mijn handen, naar de honkbalknuppel en zijn ogen krijgen de kwade glans die ik na al die tijd meteen herken.

    Gevaar! Vlucht!

    Ik blijf staan. Uit mijn broekzak pak ik mijn mobiel.

    De kwade glans verdwijnt. ‘Ik wil alleen maar praten, Marina. Doe gewoon open. Ik doe je niks, ik ben veranderd. Echt waar.’

    Mijn stem trilt gelukkig amper als ik mijn mond opendoe. ‘Het is te laat. Ga alsjeblieft weg. Laat ons met rust.’

    Zijn vuist belandt met een ingehouden bons op het raam. Even ben ik bang dat hij er hard op gaat beuken zodat het raam het begeeft. Ik klem mijn vingers om de knuppel. De aanwezigheid van het wapen stelt me enigszins gerust.

    ‘Ik bel de politie, John.’ Om mijn woorden kracht bij te zetten toets ik 112 in. Het enige dat ik hoef te doen is op de beltoets te drukken.

    John steekt zijn handen omhoog. ‘Oké, oké, ik ga al. Het is duidelijk.’

    Dan, net als ik denk dat het gevaar is geweken, steekt hij zijn hand uit naar de deurklink. Één angstige seconde grijpt de paniek me bij de keel.

    Heb ik de achterdeur wel op slot gedaan?

    De angst moet van mijn gezicht af te lezen zijn. Er verschijnt een koude lach om zijn lippen. Die meteen verdwijnt als hij de klink naar beneden duwt en de deur niet meegeeft.

    ‘Je komt er niet in. Nooit meer. Ik wil je nooit meer zien.’

    Zijn ogen schieten vuur. Hij buigt naar het glas en ik moet me inhouden om niet achteruit te deinzen ook al weet ik dat hij niet bij me kan komen.

    ‘Je bent nog niet van me af meisje.’

    En met die woorden draait hij zich om en vertrekt in het duister.

    Ik trek het dikke gordijn dat voor de achterdeur hangt dicht. Snel loop ik naar de voordeur met het angstige gevoel dat hij daar zal staan. Ik zie nog net de achterkant van zijn zwarte, leren jack in de nacht verdwijnen. Snel loop ik naar de woonkamer en kijk hem vanachter het gordijn na. Hij stapt in een oude Honda en rijdt de straat uit.

    Hij is weg. Voor nu althans.

    John kennende zal hij het hier niet bij laten.

    Met een onrustig gevoel in mijn lijf loop ik op de bovenverdieping als een waakhond rond. Ik heb de politie gebeld. Dat was nogal onbevredigend. Ze hebben beloofd extra rond te rijden in mijn buurt en me aangeraden binnen te blijven en alle deuren en ramen te sluiten. Ja, duh! Alsof ik dat zelf niet weet.

    Ik probeer de gedachte dat John oude maatjes bij de politie heeft die hem de hand boven het hoofd houden te negeren. Dat is meer mijn eigen paranoia. Alhoewel hij daar vast nog wel vriendjes rond heeft lopen, betwijfel ik of ze nog met mijn ex geassocieerd willen worden na alle rotzooi die hij heeft uitgehaald. Ik kijk bij Madz’ slaapkamer om het hoekje en zucht diep. Hij heeft gelukkig niets van Johns bezoek meegekregen. Als het aan mij ligt ziet hij hem nooit meer. John is een ongeleid projectiel die zich voordoet als de braafste jongen van de klas.

    Een wolf in schaapskleren is het. En ik heb de littekens om het te bewijzen.

    Ik wrijf zacht door Madz’ haren. Hij maakt onbewust een goedkeurend geluidje en meteen verlaat alle stress mijn lichaam. Zolang het maar goed gaat met mijn kind, is de rest onbelangrijk.

    Het is mijn mantra geweest de afgelopen jaren.

    Ik doe langzaam mijn kleren uit, controleer of alle ramen goed dicht zitten en kruip zonder mijn mascara af te halen in bed. Ik voel me uitgeblust. Boven mijn ogen komt ik een knallende koppijn opzetten. Dit gaat een lange nacht worden.

    De zon schijnt op de dag dat ik hem ontmoet. Zijn haren zijn halflang, iets wat ik normaal gesproken helemaal niet mooi vind bij mannen. Maar hem staat het goed. In het park, onder de grote kastanjeboom waar ik zit, is het koel. De schaduw van de lange, dikke takken is een uitkomst met dit warme weer.

    In de vijver spelen kinderen en ik probeer me voor te stellen dat ik hier ooit zal komen met mijn kinderen. Zover is het gelukkig nog lang niet.

    Ik concentreer me op de kleine laptop die ik heb meegenomen om het stuk af te maken waar ik mee bezig ben. Mijn deadline is morgenvroeg en ik kan het niet maken om het niet bij mijn redacteur annex stagebegeleider in te leveren.

    Maar concentreren met dit warme weer is moeilijk.

    En al helemaal als er zo’n lekker ding een duik in de vijver neemt. Ik ben jaloers op het water dat zijn heerlijke body mag strelen, aanraken.

    Focus Marina!

    Ik richt mijn aandacht op mijn verhaal en probeer het lekkere ding te negeren. Dat lukt aardig.

    Tien seconden ofzo.

    Vanonder mijn wimpers zie ik dat hij mijn kant op komt.

    ‘Hey. Is there any room for me in the shade?’

    Waaah, zelfs zijn stem klinkt lekker. Hij staat voor me, een handdoek achteloos over zijn schouder en hij haalt een hand door zijn natte haar. Een paar druppels spatten van zijn lijf op mijn blote benen. Te verbouwereerd om nee te zeggen, schuif ik op.

    Badend in het zweet word ik wakker. Ik sta direct naast het bed met mijn oren gespitst. Hoorde ik iets? Loopt John langs mijn huis, probeert hij binnen te komen?

    Ik trek een joggingbroek aan en pak de honkbalknuppel. Eenmaal beneden spiek ik door de gordijnen. De straat is donker en leeg. Door de achterdeur zie ik niets. Als ik de buitenlamp aanknip, zie ik alleen mijn slecht onderhouden achtertuintje.

    Ik schuif het gordijn dicht en loop weer naar boven. Het is twee uur, zie ik op mijn wekker. Mijn ogen zakken dicht. Ineens herinner ik mijn droom.

    Was het wel een droom? Of heb ik er gewoon aan liggen denken?

    De laatste tijd is hij steeds vaker in mijn gedachten. Meer dan acht jaar geleden zag ik hem voor de laatste keer. Vóór John. Vóór Madz.

    Hoe zou het met hem zijn?

    De Red Hot Chilli Peppers maken me wakker. Daglicht stroomt door de kleine opening aan de bovenkant van het gordijn naar binnen. Ik druk de wekkerradio uit en ik spring onder de douche, kleed me daarna snel aan en ga naar beneden om het ontbijt te maken.

    Een nieuwe dag.

    Nieuwe ronde, nieuwe kansen.

    2

    ‘Mama, hoeveel dagen moet ik nog naar school?’

    ‘Nog vier nachtjes slapen dan heb je zomervakantie.’

    Madz denkt daar even over na. ‘Zes weken toch?’

    Ik knik. Zes heerlijke weken zonder haast, zonder gestress om op tijd op school te komen. Heerlijk.

    ‘Heb je er zin in?’ vraag ik terwijl ik stevig doortrap. Over vijf minuten begint Madz’ juf met de les. ‘Kom op doorfietsen.’

    ‘Jahaa. Ik heb heel veel zin in de vakantie, mam.’ Madz kijkt genietend voor zich uit. En ik weet precies waarom. Ik ben niet de enige die zich verheugt op zes weken relaxen. Ik heb natuurlijk wel mijn werkzaamheden, maar die kan ik doen wanneer ik het wil. Daar komt bij dat ik me het afgelopen half jaar het schompes heb gewerkt, zodat ik het de aankomende zes weken rustiger aan kan doen. Dat ik mijn eigen tijd kan indelen is zo’n fantastisch voordeel van zzp’er zijn.

    Ik zet Madz bij school af. Voordat ik wegfiets, inspecteer ik de omgeving. Een paar andere ouders kijken me een beetje vreemd aan als ze me zien rondsnuffelen achter de schommels en achter het schuurtje waar het speelgoed voor de kleuters in wordt bewaard. Ik negeer de blikken.

    Gelukkig zie ik nergens John.

    Na wat heen en weer gedrentel besluit ik de juf van Madz en de directeur te informeren over John. Hij mag onder geen beding bij Madz in de buurt komen.

    ‘Mama, wat doe je?’ vraagt Madz als ik de klas binnenkom. De les is nog niet begonnen en hij is net bezig met een huisje van lego in elkaar te knutselen.

    ‘Niets hoor, even met juf wat bespreken.’

    ‘Wat dan?’ Zijn donkere ogen kijken me nieuwsgierig aan. Het is soms eng hoeveel hij op zijn vader begint te lijken. Misschien is die schrikbarende gelijkenis de reden waarom ik de laatste tijd steeds vaker aan hem denk.

    ‘Niets om je druk over te maken. Ga nog maar even lekker met lego spelen.’

    Madz’ juf knikt begripvol. Ze belooft me een oogje in het zeil te houden en me te bellen als ze iemand ziet rondhangen bij school die daar niet hoort.

    Een beetje gerustgesteld ga ik ook bij de directeur langs. Daarna kan ik het echt niet langer uitstellen en ga ik met een naar gevoel in mijn onderbuik naar huis. Het voelt niet goed om Madz achter te laten op een plek waar John bij hem zou kunnen komen, als hij dat al zou willen. Toen Madz nog een baby was toonde John nooit veel interesse. Dat kwam pas toen hij een jaar of twee was. Af en toe nam John hem mee naar de speeltuin of gingen ze een ijsje halen bij de snackbar aan de Hoofdstraat. Meer niet.

    Iedere keer als ze weg waren stond ik grote angsten uit.

    Als John maar niet zijn geduld verloor. Als Madz maar gehoorzaam was.

    Het is altijd goed gegaan. Achteraf snap ik niet dat ik het zo lang vol heb gehouden met John. Het enige dat ik hoefde te doen was weggaan.

    Maar dat durfde ik niet.

    Niet na zijn eindeloze, gedetailleerde bedreigingen over wat hij allemaal met me zou doen als hij me zou vinden. En vinden zou hij me zeker. Opsporen zit John in zijn bloed. Zijn vader was politieagent, later rechercheur. Hij en Johns moeder kwamen om bij een auto-ongeluk toen John vijftien was. Zijn zus Joke heeft hem een paar jaar in huis gehad tot hij klaar was met de politieschool. En aan zijn carriére daar begon. Ik vraag me af waar het mis ging. Hij zorgde er altijd voor dat ik geloofde dat het mijn eigen schuld was. Dat ik zijn boze buien veroorzaakte.

    Het heeft me veel tijd gekost om in te zien dat natuurlijk de grootste onzin ooit is. Mijn gezonde verstand wist dat allemaal best, maar mijn gevoel ging daar niet meteen in mee. Ik durf pas sinds een paar maanden hardop uit te spreken dat niets van wat er gebeurd is mijn schuld was. Helemaal niets.

    Een koele wind blaast in mijn gezicht. Er hangt regen in de lucht. Als ik thuis kom, zet ik mijn fiets achter het huis. Achter me hoor ik een geluid. Ik draai me met een ruk om.

    Het is niets. De bezem die is achtergebleven nadat ik gisteren in de tuin heb gewerkt is met een klap omgewaaid.

    Ik pak het ding op en zet hem in de garage. Tijd om aan het werk te gaan.

    ‘Dat meen je niet!’ Sarahs stem klinkt woedend en geschokt. Haar gezicht spreekt boekdelen. ‘Je moet naar de politie.’

    Ik haal mijn schouders op. ‘Die heb ik gisteren gebeld, maar ze kunnen niet zoveel doen. John heeft niet ingebroken, hij stond alleen maar voor mijn deur.’ Ik kijk mijn beste vriendin aan door het beeldscherm

    Enjoying the preview?
    Page 1 of 1